Artikelen die betrekking hebben op de geschiedenis van Lisse en haar bewoners

Veldhorststraat met een linde (op de hoek met de Von Bönninghausenlaan)

Boomgegevens en adres

Prins Bernardboom

Boom 419 op Veldhorststraat met een linde (op de hoek met de Von Bönninghausenlaan)
Contactgegevens
Naam eigenaar: Gemeente Lisse
Contactadres: Heereweg 254, 2161 BS Lisse
E-mailadres: bomen@lisse.nl
Telefoonnummer: 140252

Boomgegevens in 2016
Boomsoort: Gewone linde
Wetenschappelijke naam: Tilia x europaea
Stamdiameter: 55 cm
Hoogteklasse: 12 – 18 m
Plantjaar: 1939
Boomtype: Niet vrij uitgroeiende boom

Bevindingen boomveiligheidscontrole in 2016
Kroon: Voldoende
Stam: Voldoende
Stamvoet: Voldoende
Conditie: Voldoende
Gebrek: Geen
Technische levensduur: > 5 jaar
Veiligheidscategorie: Boom zonder noemenswaardige afwijkingen
Maatregel: Geen veiligheidsmaatregel.

Aanwijscriteria in 2016
Beeldbepalend: Ja. Positieve bijdrage aan karakter, herkenbaarheid straat, wijk of dorp. Zichtbaar vanuit openbaar toegankelijk gebied.
Ecologisch waardevol: Nee.
Cultuurhistorisch waardevol: Ja. Herdenkingsboom.
Duurzame groeiplaats: Nee.
Zeldzaam, uniek of dendrologisch waardevol: Nee.

status in 2016
Vastgesteld in: 2005
Huidige status = waardevol
Gewenste status = waardevol

 

Bomenboek Oud Lisse2014

Broekweg 112 bij een Canadese populier (zuidoost hoek)

Boomgegevens en adres

Boom 398 bij Broekweg 112 met een Canadese populier (zuidoosthoek)
Contactgegevens
Naam eigenaar: Gemeente Lisse
Contactadres: Heereweg 254, 2161 BS Lisse
E-mailadres: bomen@lisse.nl
Telefoonnummer: 140252

Boomgegevens in 2016

Boomsoort: Canadese populier
Wetenschappelijke naam: Populus x canadensis
Stamdiameter: circa 180 cm
Hoogteklasse: 18 – 24 m
Plantjaar: 1940
Boomtype: Niet vrij uitgroeiende boom

Bevindingen boomveiligheidscontrole in 2016
Kroon: Onvoldoende
Stam: Matig
Stamvoet: Voldoende
Conditie: Voldoende
Gebrek: Bastnecrose (afgestorven bast). Blikseminslag. Mechanische
overbelasting. Onbalans lengte-/diameterverhouding tak(ken).
Technische levensduur: > 5 jaar
Veiligheidscategorie: Risicoboom
Maatregel: Kroon innemen. Jaarlijkse inspectie.

Aanwijscriteria in 2016
Beeldbepalend: Ja. Positieve bijdrage aan karakter, herkenbaarheid straat, wijk of dorp. Zichtbaar vanuit openbaar toegankelijk gebied. Grote omvang, vanuit 1 windrichting beeldbepalend.
Ecologisch waardevol: Nee.
Cultuurhistorisch waardevol: Nee.
Duurzame groeiplaats: Nee.
Zeldzaam, uniek of dendrologisch waardevol: Ja. Uniek vanwege grootte.

Status in 2016
Vastgesteld in: 2005
Huidige status = waardevol
Gewenste status = waardevol

 

Broekweg 112 boom 398

Bomenboek Oud Lisse 2014

Pareltje: het boek Vader Izaäk

Het ‘Pareltje’ van deze aflevering valt in de categorie ‘Genealogie’. Izaäk de Kooker scheef het boek ‘Vader Izaäk’ . Het verscheen in 2014 bij uitgeverij Boekscout. Het boek geeft een zeer herkenbaar beeld van het leven van een kleine zelfstandige en zijn gezin in de jaren 1950 tot 1970.

door Ria Grimbergen

Jaargang 20 nummer 3, 2021

Het ‘Pareltje’ van deze aflevering valt in de categorie ‘Genealogie’. Izaäk de Kooker werkte als adviseur Groenvoorziening bij de gemeente Lisse, maar stopte met werken, gedwongen door hartproblemen. Wachtend op een oproep voor een harttransplantatie, besloot hij de herinneringen aan zijn vader en het gezin waarin hij opgroeide op te schrijven. ‘Vader Izaäk’ verscheen in 2014 bij uitgeverij Boekscout. Het boek geeft een zeer herkenbaar beeld van het leven van een kleine zelfstandige en zijn gezin in de jaren 1950 tot 1970. Vader Izaäk is een harde werker met een driftig karakter, maar ook altijd in voor een grap. Hij verdiende zijn brood met het kweken van dahlia’s, perkplanten, vaste planten en bollen en huurde daarvoor land in de Haarlemmermeer en in Lisse. Later legde hij zich toe op het onderhoud van tuinen. ‘Een werkzaam leven vol hilarische momenten’ is de treffende ondertitel van dit boekje dat door veel Lissers met plezier zal worden gelezen. Jos van Bourgondiën leent het graag uit aan leden van de CHVOL, evenals de vele andere boeken uit de bibliotheek. Waardevolle exemplaren worden niet meegegeven,
maar zijn op dinsdagmorgen ter inzage in de Vergulde Zwaan.

Izaak de Kooker

PARELTJE: Parelduiken in Lisse Tijd Reis

Inmiddels is veel ingebracht in de database. Op internet is die via Lisse Tijd Reis na inloggen te raadplegen voor leden van de Vereniging Oud Lisse.

Ria Grimbergen

Jaargang 20 nummer 3, 2021

‘Ik heb een Pareltje voor je” zegt Jos van Bourgondiën, bibliothecaris van de CHVOL. Jos is hier volkomen op zijn plek. Hij heeft een grote liefde voor boeken, vooral op filosofisch en historisch terrein. Dat geldt ook voor zijn collega’s Peter Vink en Leen Sijpesteijn. Peter beheerde voorheen de collectie van het Museum De Zwarte Tulp en is een verwoed lezer van Russische literatuur. Leen verzorgt onder andere de invoer van nieuwe boeken in de database. Peter ondersteunt bij de beschrijving van boeken, de invoer in de database en het plaatsen van de aanwinsten in de kasten. Gedrieën zijn zij elke dinsdagmorgen te vinden op de bovenste verdieping van de Vergulde Zwaan, die nog
zo prettig naar vers hout ruikt. In de diepe archiefkasten staan de boeken netjes geordend op nummer. Inmiddels is veel ingebracht in de database. Op internet is die via Lisse Tijd Reis na inloggen te raadplegen voor leden van de
Vereniging Oud Lisse onder het label Tabellen, en vervolgens Boek. Het is heerlijk grasduinen in de lijst, die is opgedeeld in categorieën. Onder het kopje ‘Algemene historie Lisse’ staan de populaire fotoboeken van Herman van
Amsterdam en Peter van der Voort, maar ook een zeldzaam werkje uit 1943 van J. P. Raaphorst over de geschiedenis van de Parochie St. Agatha. Aanleiding was de stichting van de parochiekerk een eeuw eerder. Pastoor G. P. A. van Zuylen schrijft in zijn

Parelduiken in Lisse Tijd Reis
inleiding dat het eeuwfeest door de tijdsomstandigheden sober zal worden gevierd. De rubriek Bloembollencultuur is zeer uitgebreid en gevarieerd. Werk van Nieuwsblad-redacteur Arie in ’t Veld is goed vertegenwoordigd in deze categorie, naast het lijvige boekwerk ‘Drie eeuwen bollenexport’ van E. H. Krelage, de ‘bollenbijbel’ die de geschiedenis van de Nederlandse bollenhandel tot 1938 beschrijft. Aardig is een boekje uit 1916 van R. Schuiling over de bloembollenvelden in Lisse, dat hoorde bij de gelijknamige schoolplaat. De Parkgidsjes van Keukenhof en de corsoprogrammaboekjes vallen onder gelegenheidsdrukwerk, dat vaak in de papierbak belandt en verloren dreigt te gaan. Dat geldt ook voor adresboekjes en gemeentegidsen van Lisse. In een reguliere bibliotheek wordt dit drukwerk niet bewaard, maar dankzij de bibliotheek van de CHVOL zijn ze raadpleegbaar. Natuurlijk staan in de bibliotheek
ook de werken van streekhistoricus A. M. Hulkenberg en zijn opvolger Rob Pex, evenals die van Nieuwsblad-redacteur Arie in ’t Veld. Voor mensen die meer willen weten van de geschiedenis van Lisse onontbeerlijke naslagwerken door de uitgebreide registers en literatuurverwijzingen. Bijna alle boeken zijn geschonken. Penningmeester Jasper de Jong krijgt een enkele maal een verzoek geld beschikbaar te stellen voor een uitgave die onmisbaar is voor de collectie. Een belangrijke aanvulling was de nalatenschap van Bert Kölker. Kölker had bij
leven al veel boeken geschonken aan de bibliotheek, maar na zijn overlijden kwam zijn verzameling terecht bij de CHVOL. Veel daarvan wacht nog op archivering.

Oud Nieuws: Een kapitale hofstede aan de Veenderlaan (2)

De buitenplaats “Berkhout” was van grote klasse. De entree, de hofstede zelfde nieuwe boomgaard, het vinkenhuis, het zomerhuis en de vijver worden besproken.

door Dirk Floorijp

Jaargang 20 nummer 3, 2021

Na het overlijden van schout en secretaris mr. Hannard van Gorcum (Lisse 1632-Lisse 1681) stond een kapitale hofstede te koop aan de Veenderlaan. Het ging om de buitenplaats die later bekend werd als “Berkhout”. In 1691 werd een acte opgemaakt. Dat het over een kapitale hofstede ging blijkt wel uit de acte. In dit Nieuwsblad worden enkele zaken over onderhoud en de verbetering van het landgoed uitgelicht.

Getuigen
Maar liefst 17 personen legden getuigenissen af. Hun beroepen worden genoemd: tuinlieden, arbeiders, timmerlieden en een metselaar. Uit de getuigenissen blijkt dat er heel veel mensen betrokken waren bij de verbetering en het onderhoud op het landgoed. De periode van de getuigenissen loopt van 1681 tot 1690.

Entree bij de hofstede
Een kapitale hofstede vraagt om een fraaie entree. Over het onderhoud aan de pilaren aan de poort staat er: …hadden regt gewonnen ende ondervangen, en daaronder een geheel nieuw fundament hadden gemaakt met twee leggende balken van omtrent vijftien voeten ieder lang…..daarop gewrogt vier kespen, daar ’t metselwerk op geschoeijt, ende gefundeert was. Ende dat sulks wel hadde gekost tenminste dertig guldens, behalve ’t maken van de dammen. Een van de genoemde arbeiders, Cornelis Clase Stellingwerve getuigt dat hij met 4 à 5 andere personen in de somer van de jaren 1682 ofte 1683 aan het vereffenen van ’t bleijkveld ende de plaats voor de deur, welke met verscheijde lompe heuvelen oneffen was, tenminste twee dagen had gewerkt, ende dat daardoor het bleijkveld ende pleijn voor de hofstede netter ende sierlijker was geworden ende wel tenminste tien gulden had gekost.

De Hofstede
Timmerman Klinkenberg verklaart dat hij aan de hofstede hadde getimmert. Er wordt ondermeer gemeld: een venster in de kelder met nog twee groote vensters met kasijnen in het bloemkamertjje. Metselaar Jan Vlaanderen zegt in de keuke ende gange van de hofstede een nieuwe vloer had geleijt en de ook ander metselwerk gedaan en dat naar sijn oordeel alleen de vloer tenminste 16 gl. Had gekost. Samen verklaren ze Het muurtje van de haardstede in de keuke was uijtgebroken, uitgeset en vermaakt soo van steen als hout, alsook ’t geheele huijs van buijten en het hek ende banken was geverft.

Nieuwe boomgaard
Getuige Cornelis Jochemse Witteman verklaart al in den jare 1682 van een perceel land  omtrent achthonderd roeden, dat van slegte stoffe was had doen opregten een braven nieuwen boomgaard sijnde daar tevoren maar weinig boomgaard, ende meer gans niet fleurig,nog vrugtbaar. Dat moet toch zo’n 1,5 ha zijn geweest. Bovendien verklaren Witteman en getuige Jan Dirkse Klinkenberg, de timmerman, de boomgaard insonderheijd seer met ende sierlijk van paden ende anders had onderhouden. Gerrit Willemse Rode en Adriaan Florisse van der Wolf verklaren dat sij in
den jare 1683 ….. hadden opgemaakt de slooten om de boomgaard… ende daar voren bedongen ende ontfangen een somme van 19 gulden en 6 stuijvers ende vrij bier, behalven ’t gene andere verdiend hadden. Dat vrij bier komt vaak terug in de acte. Blijkbaar was het een goed gebruik om naast de gewone betaling ook vrij bier te verstrekken.

Vinkenhuis
Bij een kapitale hoeve ontbreekt het vinkenhuis natuurlijk niet. Timmerman Juriaan Bruijnse Vreeburg heeft op ordre en versoeke als timmerman gewrogt ende gemaakt had aan de speelhuijsen of vinkenhuijsen ….. ende dat hij selfs op eene tijd agter den anderen, aan een van deselve met sijn knegts alleen aan arbeijdsloon had verdiend vijfentwintig guldens eene stuijver, ende dat het voorsz: een speel of vinkenhuijs bijna geheel vernieuwd, ende soo in arbeijdsloon als hout en spijkers na sijn oordeel tenminste hadden gekost een somme van vijftig guldens. Het vangen van  vinken was een soort sport en een gebraden vinkje gold als een lekkernij. Blijkbaar mocht zo’n hobby wat kosten. Jan Dirkse Klinkenberg, timmerman, kwam in actie voor een vinkevlugt, een vinkekas int vinke kamertje. Prijzen staan er bij: De vinkenvlugt 30 gl. De vinkekas 10 gl.

Zomerhuis
Timmerman Jan Dirkse Klinkenberg en metselaar Jan Vlaanderen verklaren een somer of washuijs
van groot gemak ende nuttigheijt aan gemelde hofstede had aangebouwd … dat daartoe nieuwe delen ende ander nieuw houtwerk was vertimmert, ende dat het houtwerk ende arbeijdsloon, behalve de glasen, omtrent ende tenminste hadde gekost een somme van 60 gulden.

Vijver
In het vorig nieuwsblad lazen we al over de krioelende karpers. Het moet wel een grote vijver geweest zijn die in de loop der jaren werd vergroot en verfraaid. Lambert Pieterse Berendregt verklaart dat hij met sijn vader Pieter Symonse, …… ten minsten vijf a ses dagen hadden gediept ende omtrent vier voeten verwijt, ende daar voren ontfangen ijder 24 a 25 stuijvers des daags vrij bier. Gerrit Sijmonse Berendregt verklaart drie agtereen volgende jaren, na de voorgemelde eerste verdiepinge ……..de vijver telkens meerder hadde verdiept ende verwijt, ende bezig geweest agt of negen dagen ende daarvoor ontfangen eene gulden vijf stuijvers daags. Ook lezen we in de acte over een brugge over de vijver met een hekje item schutten in de vijver.

Ede Bovenstaande is maar een klein deel van wat de getuigen verklaren ijder in den sijnen des noods, ende
daartoe versogt sijnde met eede te sterken. Dankzij deze onder ede afgelegde verklaringen krijgen we een klein beetje een idee van hoe zo’n voorname hoeve reilde en zeilde. ■

Berkhout tot Lis staat er rechtsboven, een tekening van C. Pronk 1725
Cornelis Pronk tekende het in 1715 zo

DE WILDE FLORA VAN DE BOLLENSTREEK: alsemambrosia

Van aardaker tot zwanenbloem het  boek met de wilde flora in de Bollenstreek. Deze keer wordt Alsemambrosia besproken. Deze plant komt bij Rustoord in vrij grote aantallen voor. Het is bij uitstek een plant waar de mensen hooikoorts van kunnen krijgen, waarschijnlijk uitgestrooid met vogelvoer. De Nederlands naam is hooikoordtplant.

Jaargang 20 nummer 3, 2021

door Liesbeth Brouwer

In het vorige Nieuwsblad noemden we de Flora Leidensis. De alsemambrosia, die veelvuldig op het braakliggend terrein van Rustoord werd aangetroffen, vinden we niet in deze oude flora. Dat zou ook onmogelijk zijn. De Flora Leidensis verscheen in 1840, terwijl de alsemambrosia pas in 1875 op een weiland bij Apeldoorn voor het eerst in ons land is waargenomen. Het is een uitheemse plant die van oorsprong uit Noord-Amerika komt.

Exoten

Augustinus Gislentius Van Busbeke

Al zo lang mensen rondtrekken hebben ze planten, maar ook dieren, meegenomen naar streken waar deze van oorsprong niet voorkwamen. Ons volksvoedsel, de aardappel, werd pas in de 16e eeuw door Spaanse ontdekkingsreizigers naar Europa gebracht. De Romeinen zouden de tamme kastanje populair hebben gemaakt in Noord-Europa (hoewel de boom hier wel eerder schijnt te zijn voorgekomen). Onze paarenkastanje komt hier oorspronkelijk ook niet voor. Die hebben we te danken aan Van Busbeke (ook Van Boes-beeck of De Busbecq).
Van Busbeke was van 1554 tot 1564 gezant namens koning Ferdinand I van Oostenrijk bij Süleyman I, de sultan van het Ottomaanse Rijk. Hij bestudeerde onder meer de plantengroei in Klein-Azië. Van Busbeke speelde ook een rol bij de introductie van tulpen in Nederland. Hij stuurde vanuit wat we nu Turkije noemen, zaad van tulpen naar Clusius, latere prefect van de Hortus Botanicus in Leiden. Zo belandden de eerste tulpen in onze streek. Deze exoten kwamen hier gepland naar toe, maar heel veel uitheemse planten kwamen min of meer per ongeluk hier terecht.

Alsemambrosia
Mooie naam: alsemambrosia. Ambrosia is het Griekse woord voor voedsel voor de goden. Voedsel waardoor die goden eeuwig zouden leven. Dat klinkt veelbelovend. Alsem kennen we voor bitter. In de bijbel komt alsem voor als plant maar wordt ook figuurlijk gebruikt in de betekenis van bitter leed. Dat geeft te denken. Wij gebruiken alsem in een oud spreekwoord dat luidt: zijn pen in gal en alsem dopen. Dat zal ik maar niet doen want dan wordt er echt niet positief geschreven. Maar hoe zit het nu met onze alsemambrosiaplant die uitbundig bij Rustoord opdook. Deze plant is inheems in Noord-Amerika en is waarschijnlijk met hooi in Europa ingevoerd rond 1875. Daarmee was het natuurlijk nog geen ingeburgerde plant geworden. Ook in de jaren daarna moet er zaad per ongeluk ingevoerd zijn. Tegenwoordig komen zaden van de plant in vogelvoer voor. Daarmee kreeg de plant ook de kans om hier min of meer vaste voet aan de grond te krijgen. Eind vorige eeuw steeg het aantal waarnemingen gestaag en begin deze eeuw zelfs explosief. Het kan zijn dat klimaatverandering gunstig is voor de plant. De alsemambrosia wordt ook
wel hooikoortsplant genoemd. De naam suggereert het al: we moeten niet blij zijn met toenemende aantallen
van deze planten.

alsemambrosia

Ontwikkeling van de postcode

Floorijp is vanaf het begin in 1974 betrokken geweest bij ontwikkeling van de Postcode in Nederland.   De problemen en wetenswaardigheden worden uitgebreid beschreven.

Dirk Floorijp

Jaargang 20 nummer 3, 2021

Vanaf het begin in 1974 ben ik bij de opbouw van de postcode betrokken geweest. U weet waarschijnlijk weinig of niets over uw postcode. Ik hoop dat u er tevreden mee bent.

Hoogstwaarschijnlijk is de postcode die u heeft door mij uitgegeven. Ik ben 20 jaar coördinator geweest van NoordHolland, dat liep van Texel tot Sassenheim en viel onder het postdistrict Haarlem. In Noord-Holland vielen Amsterdam en het Gooi hier buiten, die hadden zelf een coördinator. Ik ging over de postcodes 1440 tot en met 2199.
Lisse heeft de postcodes 2160 tot en met 2163 met 2164 als reserve. Wist u overigens dat het woord postcode foutief gebruikt wordt en niets heeft te maken met de postcodeloterij. Officieel werd de term woonplaatscode gebruikt.
De jaren zeventig in de 20e eeuw De wereld zag er anders uit dan nu. Om de toenemende poststromen te verwerken (zou je nu niet meer zeggen) wilde men kijken of dit langs geautomatiseerde weg kon. Er werd gekeken naar Duitsland, Engeland en Canada waar al gewerkt werd met codes. Duitsland viel af omdat die code alleen verwerkt kon worden aan de verzendkant en niet geschikt was aan de ontvangstkant. De Nederlandse code is een combinatie geworden van de Engelse en Canadese code. Wij waren met onze postcode veel landen ver vooruit. Ze wilden die kunst wel van ons afkijken. Zo heb ik eens een postdirecteur met een assistent uit een miljoenenstad in Iran twee dagen meegenomen voor een opname in Spaarndam. Zij kwamen, met een tolk uiteraard, bij ons op werkbezoek. Je moet je voorstellen dat de helft daar in Iran in die tijd nog niet eens een huisnummer had. We gingen in Spaarndam met ze paling eten in een visrestaurant (de baas betaalde). Ze dachten dat ze slangen voorgezet kregen.

Voorbereidingen
Het post sorteren was arbeidsintensief werk. Er moesten mensen worden opgeleid die alle plaatsen van Nederland uit het hoofd leerden. Zouden machines dat niet over kunnen nemen? Een expediteur las en sorteerde 3000
brieven per uur. Machines later 30.000 en werden ook niet moe. Vanouds waren er, voordat een brief bij een geadresseerde in de bus viel, al heel wat handelingen verricht. In de plaats van aankomst was gesorteerd. Briefpost, briefpakjes (belstukken) apart. Tot omstreeks 1970 waren er nog 2 bestellingen per dag. Het meeste sorteerwerk gebeurde ’s nachts voor de morgenbestelling (eerste trans). In de ochtenduren werd de post gesorteerd voor de middagwijken (tweede trans). In hun eigen sorteerkast sorteerden de bestellers hun loop op volgorde van de straten. Ten slotte werd elke straat op volgorde van de huisnummers gezet. Dit gebeurde met zetblokken en zetharken. Allemaal handwerk! Na de invoering van de postcode zou machinaal gesorteerd aangeboden worden op postcode/huisnummer.
We hebben 4 jaar voorbereiding gehad eer de postcode werd ingevoerd. Alle huisnummers die door de gemeente waren uitgegeven, moesten ingevoerd worden, al was het maar het nummer van een penhuisje. Waarschijnlijk
kent u deze term nog wel voor een transformatiehuisje van het Provinciale Elektriciteitsbedrijf Noord-Holland ( P.E.N.). Je ziet P.E.N. vaak nog wel op de gebouwtjes staan.

Commercie
Ook de commerciële kant werd bij de inventarisatie meegenomen. Het versturen van gerichte reclames had toekomst. Een firma als Bakker had niets aan appartementen om zijn bollen te slijten, die wilde tuintjes. Zo wilde
een bedrijf in agrarische producten de boerderijen benaderen. Alle winkels kregen een perceelscode W, boerderijen een B, alle eengezinswoningen met tuin een T en dan was er nog de H van hoogbouw. Bedrijven konden bestanden kopen voor hun gerichte reclame. Wehkamp betaalde toen 80 cent per adres voor gerichte reclame.

Postcodes per woonplaats
Er werden afspraken gemaakt met gemeenten die aangaven welke woonplaatsen ze in hun bestanden voor de postcodes wilden opnemen. Gemeenten waren daar autonoom in. Zo werd Julianadorp afgevoerd als woonplaats en
werd een wijk van Den Helder. Oudorp werd door de gemeente Alkmaar niet als woonplaats erkend, maar door acties en protesten van de bewoners is dat teruggedraaid. Dit is Oudorp met één d. Ouddorp met 2 x d ligt op GoereeOverflakkee. Zo bestaat ook Scheveningen niet meer bij de woonplaatsen maar is een wijk van Den Haag. Iedere Nederlander zat minstens 15 keer in overheids- of andere bestanden en dat kostte geld om die om te zetten.

De afspraak was dat er zo weinig mogelijk omnummeringen plaats zouden vinden. Een omnummering kostte de gemeenten toen 100 gulden per adres. Een leuke vraag voor een quiz: wanneer is de postcode ingevoerd? Weet u het? *

Invoering nummering
De nummering van postcodes begint in Amsterdam met 1000 en gaat zo het land door en eindigt in een plaatsje boven in Groningen, het plaatsje Stitswerd met 9999. Niemand kon een postcode aanvragen, wat aan de beurt was dat kreeg je. Eén uitzondering werd er gemaakt. Koningin Beatrix vroeg of ze  decode AA kon krijgen, net als bij haar wagenpark. Dat is haar natuurlijk niet geweigerd. Als iemand wel eens denkt of droomt de postcodeprijs te winnen, vergeet het dan maar, de kans is net zo groot dat u wordt aangereden in het verkeer. Lisse alleen heeft al enkele honderden codes. Voor de inventarisatie van de postcodes in Lisse huurden we twee weken een zaaltje in café Het Haantje (nu eetcafé Lef) op het Vierkant. Voor mij was dit dus een thuiswedstrijd. Zo trokken we met een groepje van een man of tien uit postdistrict Haarlem alle dorpen af om de inventarisatie rond te krijgen.

Startprobleem
De machines werden gemaakt in Japan en ook geïnstalleerd door de Japanners. Groot was de consternatie in de plaats Stitswerd direct na de invoering. Dat plaatsje kreeg toen wel 20 zakken post terwijl ze normaal maar 2 zakjes per dag kregen. Wat was hier aan de hand. Alles wat de machine niet kon lezen gooide die naar het hoogste nummer. Bij het uitgeven van postcodes liepen we ook tegen andersoortige problemen aan. Letters met een oorlogsverleden
mochten niet uitgegeven worden zoals WA, SA, SD, SS. Ook een aantal andere lettercombinaties werden om technische redenen gemeden zoals O, I, IJ, Q, MM en WW. Dat was ook zo in de wegenverkeerswet, op de kentekenplaten. Toen stonden op de kentekenplaten nog twee letters, nu drie. Als je nu in Eindhoven woont
en fan bent van PSV en je krijgt die lettercombinatie dan wil je zo’n auto toch nooit meer kwijt. Dan waren er nog codes die in enkele plaatsen niet gebruikt konden worden. Zoals in Bergen de code AL. Samen zou dat Albergen
vormen en je had ook de plaats Albergen. Dat de postcode zo’n grote vlucht zou nemen konden we ons toen nog niet indenken. In het begin kwam de politie nogal eens bij me langs, ze hadden weer een fiets gevonden en vroegen dan om het adres van die code, die ingegraveerd was in de fiets. Later kregen ze zelf de bestanden. Als dank kwam een motoragent wel eens een stropdas met monogram langsbrengen.

Onbekend en onbemind
Ik heb nooit een telefoontje gehad van iemand die erg tevreden was met de postcode die ik had gegeven, wel het tegendeel. Mensen die het er helemaal niet mee eens waren. Dan belde een kwade meneer die had WC gekregen, ja,
die letter was aan de beurt, maar hij wilde een andere. Dat ging dus niet. Meneer, als u Willem Cornelis Jansen heet, staat u als W.C. Jansen in het telefoonboek en niemand zal er over vallen, dus geen argument. Ik gaf eens de letters BP aan een Shell station, waar ze ook niet blij mee waren. Het meeste last had ik met bepaalde mensen, ik zal maar zeggen met kouwe kak. Mensen kenden het verschil niet tussen gemeente en woonplaats. Een gemeente kan uit meerdere woonplaatsen bestaan. Lisse is één gemeente en één woonplaats maar de Haarlemmermeer heeft wel 13 woonplaatsen en de gemeente bestaat niet als woonplaats. Zo kwamen bewoners van Santpoort-Noord vaak aan de bel trekken: dat ze een code wilden van Bloemendaal, want daar woon ik. Er is een Santpoort-Zuid in gemeente Velsen en Santpoort- Noord in Gemeente Bloemendaal. Er was veel misverstand om uit te leggen dat gemeente iets anders is dan woonplaats. Er waren ook wel eens mensen die vroegen: hoe wisten ze dat wij zwartkijkers waren
(betaalden geen kijk- en luistergeld). De dienst luister- en kijkgelden had een eigen bestand van tv-kijkers. Als ze dat tegen ons bestand afdraaiden, hielden ze de percelen over die in hun bestand niet voor kwamen en hoefden
ze alleen die panden te controleren. Zo liep je soms tegen de lamp.

Postcode
Postcodes kunnen eigenlijk niet worden gewijzigd. Bij gemeentelijke herindelingen blijven de woonplaatsen bestaan. Omdat de postcode aan de woonplaats is opgehangen en niet aan de gemeente, verandert er dus niks. Wel is er sinds
de invoering van de postcode een kleine corrctieslag geweest. Er is op een bepaald moment een afspraak gemaakt tussen PostNL en het ministerie om dorpskernen met een eigen naam ook een eigen postcode te geven. Heusden
gaf als laatste gemeente in Nederland in 2018 gehoor aan deze afspraak tussen PostNL en het ministerie waardoor de inwoners van Doeveren, Heesbeen, Oudheusden, Herpt, Hedikhuizen een andere postcode kregen. Dat bracht natuurlijk nogal wat protesten en problemen met zich mee. Ondernemers werden gecompenseerd voor bedragen van € 100,- tot € 500,-. Dat kostte de gemeente meer dan 50 mille! Normaal zitten er 25 huizen in een postcode. Dat aantal is geënt op een zethark. Voor de postbestelling wordt daarin alles op loopvolgorde gezet. Soms zijn er grote uitzonderingen op het aantal nummers in een postcode. Wanneer er bij afbraak een flat tussen gebouwd wordt, dan zitten er veel meer dan 25 nummers in een postcode en wordt er gewerkt met een subnummer. Met een omnummering van straten loopt het soms ook heel anders. Neem de Irenestraat waar ik woon. Vroeger liep de
nummering van de Koningstraat tot het Nassaupark, altijd links oneven en rechts even. De straat werd afgebroken en er kwam een andere huisnummering. De even zijde liep oorspronkelijk van 2 naar 20 en de oneven zijde van 1 tot
69. Toen is besloten om het om te draaien en de nummers vanaf het Nassaupark te laten lopen, vanwege de postcode. Nu is dus de nummering 1 tot 29, wat vroeger de even kant was, en 2 tot 94, wat eerst oneven was.

Gevolgen voor personeel
Het gebruik van postcodes bracht de nodige veranderingen met zich mee binnen de organisatie van de posterijen. Voor het personeel werd het sorteren langzaam afgeschaft in overleg met de bonden. De sorteerders in Lisse gingen gewoon aan het werk in de bestelling. In de steden waren er expediteurs, die kregen een andere functie.

Historisch materiaal bij VOL
Wanneer je nu een adres bij een postcode wilt weten, of andersom, dan zoek je simpelweg op de computer of op de telefoon. Ook uit de streepjescode die de machine op de enveloppen drukt kan je het adres aflezen en achterhalen. Maar deze snufjes waren er 50 jaar geleden nog niet. Internet kwam in de 80-er jaren van de vorige eeuw. Bij Oud Lisse is een unieke verzameling die je nergens anders zult vinden. Na mijn pensionering heb ik die geschonken.
Het betreft het hele postcodeboek op microfiches, een landelijk stratenregister en een postcodetabel van 1000 tot en met 9999 met een reader om het uit te lezen.

  • (1 mrt. 1978.)

Dirk Floorijp, de “postcodeman”, hard aan het werk om ons van postcodes te voorzien met de modernste apparatuur van toen.

Opening van de Kwakel bij Dever

Jaargang 19 nummer 2, 2020

Nieuwsflitsen

Het wandelroutenetwerk in Lisse is uitgebreid met een route vanaf de Zemelpoldermolen naar de hoek Achterweg/Prof. Van Slogterenweg. Door de aangelegde Kwakelbrug die vanaf de Vennestraat toegang geeft tot het
terrein van ’t Huys Dever, kan men nu de route vervolgen via de oprijlaan van Dever naar de Prof. Van Slogterenweg via het fietspad van de Heereweg. Ter info, ons VOL-lid Nico Groen, die ook actief is in het wandelnetwerk Bollenstreek, was de initiator van de bouw van deze Kwakelbrug! De Kwakelbrug werd op woensdag 24 juni officieel geopend door wethouder Kees van der Zwet en Ignus Maes, voorzitter Vrienden van ’t Huys Dever. Van der Zwet sprak zijn waardering uit voor de vrijwilligers van het wandelnetwerk Bollenstreek en ’t Huys Dever. Ze dragen bij aan de toegankelijkheid van het erfgoed in de Bollenstreek en in Lisse. Door de Kwakel brug wordt ’t Huys Dever opgenomen in het wandelnetwerk Bollenstreek en ontstaat er een nieuw ommetje voor de inwoners van Lisse. Dit project is tot stand gekomen met bijdragen van de provincie ZuidHolland, de regio Holland Rijnland en de gemeente Lisse. Langs de route is op het terrein van Dever een mooi infobord gerealiseerd over de geschiedenis van ’t Huys Dever en het wandelroutenetwerk Bollenstreek waar Ignus Maes een korte toelichting op gaf.

bruggetjes werden dus kwakels genoemd. Deze bij Dever is wel stevig!!!

Het woord Kwakel is verwant met wankel in de zin van onvast. Wiebelige

Bij de hartpagina: De watertoren

Een oude luchtfoto van de Steenfabriek en omgeving laat goed zien wat er veranderd is.

Redactie

Nieuwsblad Jaargang 20 nummer 3, 2021

Beetje gluren bij de noorderburen moet kunnen! Vinden jullie ook niet? Het is tenslotte ook onze watertoren die nu in de steigers staat. Op de hartpagina staat de watertoren ook in de steigers. Weliswaar is het nog maar een ukkie! Maar kleintjes worden groot en uiteindelijk is de watertoren een landmark geworden die je al van zeer ver kon zien. Dan wist je dat je bijna thuis was. Links onder zien we nog net een stukje Lisses grondgebied. Heel wat Lissers zijn naar het ‘witte dorpje’ verhuisd om te werken en te wonen bij de kalkzandsteenfabriek de Arnoud. De fabriek werd later overgenomen door concurrent Van Herwaarden. De kalkzandsteenfabriek draait nog op volle toeren. De karakteristieke huisjes zijn gesloopt en het industrieterrein doet nog herinneren aan de naam Arnoud. De watertoren mocht blijven ook al krijgt ze nu een andere functie. De watertoren is ontworpen door architect A.D. Heederik en werd gebouwd in 1925. De watertoren heeft een hoogte van ruim 45 meter en had een waterreservoir van 660 m3. Uit de Leidse Courant van 11 mei 1925 blijkt dat de lokale pers onder de indruk was van de enorme omvang van het gevaarte. Een prijsvraag uitgeschreven door de gemeente Hillegom voor de herbestemming van de watertoren heeft ertoe bijgedragen dat de gemeente Hillegom in 2007 een overeenkomst sloot met projectontwikkelaar SVO Initiatief B.V. In 2008 heeft A. Wijnhout Beheer B.V. de rechten van deze projectontwikkelaar overgenomen en is de naam veranderd naar Watertoren Bollenstreek. Watertoren Bollenstreek heeft samen met architect Lars Bouwman nieuwe tekeningen gemaakt voor een nieuwe en duurzame bestemming voor de watertoren. Aan de watertoren wordt een plint gebouwd waar AW Groep als een van de huurders van Watertoren Bollenstreek, zich gaat vestigen. AW Groep is een dynamisch bedrijf dat werkzaam is op het gebied van grond-, weg- en waterbouw,  betonbouw, groenwerken én de levering en verhandeling van bouwstoffen. Verder komen er in het gebouw diverse werkplekken en vergaderruimten, een barista, een collegezaal en diverse mogelijkheden voor evenementen en educatie. In 2021 is de bouw gestart. Momenteel wordt er volop gewerkt aan de ontwikkeling van de plannen. Naar verwachting opent de Watertoren van de Bollenstreek de deuren in het voorjaar van 2022. Zal dan de verandering bij de kruising N207 met de N208 ook al klaar zijn? Rechtsboven in de hartpagina gaat het gebeuren. De verandering komt er om de verkeersdoorstroming beter te laten verlopen. Wat nu als de brug over de Ringvaart open gaat voor al die zeiljachten die rustig doorstromen en het wegverkeer stil staat?

Plannen om het kruispunt N207/N208 aan te passen

De provincie gaat binnenkort aan de slag om de kruising bij de Steenfabriek te verbeteren.

Nieuwsflits

Nieuwsblad Jaargang 20 nummer 3, 2021

In samenwerking met de provincie Zuid-Holland gaan de gemeenten Hillegom en Lisse aan de slag om de verkeersveiligheid en verkeersdoorstroming rond het kruispunt N207/N208 bij McDonalds te verbeteren. O.a. wordt
er een gecombineerde voorsorteerstrook voor rechtdoor en rechtsaf gaand verkeergemaakt vanuit de Hyacintenlaan en wordt de linksaf strook vanuit Hillegom naar de A4 verlengd. Ook wordt het fietspad om het Shell benzinestation verlengd, waardoor de verkeerslichteninstallatie anders kan worden ingesteld, wat een betere doorstroming geeft. Verdere verbeteringen volgen in een later stadium. Helaas wordt hier nog geen rotonde gemaakt, maar naar verwachting wordt door de voorgestelde wijzigingen het kruispunt veiliger en de verkeersdoorstroming beter.
Ook wordt deze belangrijke entree van de Bollenstreek verfraaid vanaf de komgrens in Hillegom tot aan de Stationsweg rotonde in Lisse door langs deze toegangsweg naar de Keukenhof nieuwe bomen en een grotere variatie van planten en bloemen aan te planten. Ook worden er kunstwerken geplaatst in het projectgebied. Deze acties
sluiten aan op het gebiedsprogramma ‘B(l)oeiende Bollenstreek’ en het project ‘Zorgeloos Groen’ van de gemeente
Hillegom. Het project gaat ca.1 miljoen euro kosten waarvan 90% door de Provincie Zuid-Holland wordt gesubsidieerd en de rest wordt betaald door de Gemeenten Hillegom en Lisse. De verwachting is dat in het derde kwartaal van 2021 met het project gestart wordt en dat in het najaar 2022 het hele project kan worden afgesloten.