De bibliotheken van Lisse (2)

De katholieke bibliotheek was gevestigd aan de Kanaalstraat achter een winkel, die o.a. rozenkransen en wijwaterbakjes verkocht.

Bas Romeyn

NIEUWSBLAD Jaargang 11 nummer 4, oktober 2012

De roomse bibliotheek in Lisse werd in een aparte ruimte, achter een winkel aan de Kanaalstraat, gedreven door de gezusters Rosier. Momenteel is reisbureau Arke er gevestigd. In het winkelgedeelte werden die artikelen verkocht die mede het rijke roomse leven bepaalden: gipsen heiligen beeldjes (al of niet verlicht) ruim bevleugelde engelen, wij waterbakjes, kaarsen, bidprentjes en, niet te vergeten, rozenkransen in alle mogelijke variëteiten. Dit laatste artikel was namelijk behoorlijk in trek. Menig sluw bollenboer had er altijd wel een in zijn broekzak en bij een goede buitenlandse RK -klant, kwam het nog al eens voor dat hij, overmand door versperde neusgaten, flink moest snuiten. Rap trok hij dan een zakdoek uit zijn broekzak en toevallig viel dan kletterend een rozenkrans op de grond. Kijk, zo’n man kon dan in alle rust een mooie order boeken, tegen uiterst winstgevende condities. Tegenwoordig zou zo’n winkel voor export subsidie in aanmerking komen.

De boeken uit de vorige bibliotheek hadden mijn keurige calvinistische opvoeding, bepaald geen schade toegebracht. De leuze “liever Turks dan paaps” stond in vrijwel ieder geuzenboek en het was dan ook niet zonder heftige gevoelens toen ik voor het eerst die roomse ruimte betrad, te meer daar een der zusters over een absoluut te krap truitje beschikte waar twee van de bergen rond Lourdes op welhaast duizelingwekkende wijze hun hellingen lieten zien, alles bespottend wat daar aan celibataire zaken deed herinneren. Maar, als ik dan licht transpirerend dit vagevuur was doorgekomen, dan was ik in Paradisum. Boeken waarvan ik het bestaan niet eens had kunnen dromen: Edward Multon (later las ik tot mijn genoegen dat het een pseudoniem was voor een Nederlands auteur en in die periode het meest gelezen in ons land), met zijn spannende en humoristische serie over een drietal politiemannen, waarvan ik me nog maar twee namen kan herinneren, O’Brien en Lafayette. Hier werd rustig geschreven over wellustige blondines in vrijwel doorzichtige nachtgewaden, die achterna gezeten werden in grote sleeën in New Yorktori. Dat was andere koek!

Ook de Arendsoog en Witte Veder boeken waren volop aanwezig. Als Arendsoog weer eens ging biechten vond ik het toch wel erg jammer dat zo een edel iemand niet protestants was. Ook het grote voorbeeld van de schrijver Noë, Karl May, was er vertegenwoordigd. Alleen de titels deden je al huiveren: “De Llano Estacado Kara – ben- Nemsi, de dood van Winnetou, De schat in het Zilvermeer, Old Shatterhand, die met zijn lasso een sigarettenpeuk uit iemands mond kon trekken. Wat een boeken, wat een avonturen, niet alleen in woestijnen maar ook onder zee met kapitein Nemo, of zelfs op de maan! Monster kanonnen in staalstad, Phileas Fogg, die mijn reserves tegen de Engelsen wat deed smelten. Pau d’Ivoi, wiens “Met een kwartje de wereld rond” ik las en herlas. Ach wat hadden de roomsen, behalve dan op vrijdag een rijk leven! Al heel snel was ik aan het voorportaal gewend. Ik bladerde zelfs wel eens in een missaal. De afbeeldingen van de hel die ik daar zag, zou zelfs de meest zware donderpredikant niet hebben kunnen  ookzinnen. Later zag ik op de schilderijen van Jeroen Bosch de slappe aftreksels. Ik maakte ook af en toe een praatje met een der zusters, onveranderlijk gekleed in hetzelfde truitje. Dit moet het geheim geweest zijn van haar rondborstigheid. ledere avond wast ze natuurlijk dit kledingstuk met als gevolg dat het kleiner en kleiner werd. Het ongetwijfeld spectaculaire einde heb ik helaas niet meer mee mogen maken, want na verloop van tijd had ik deze heerlijke bibliotheek ook uitgelezen. Tevens was mijn kijk op ons roomse volksdeel drastisch gewijzigd. Maar geen nood, Lisse bleek over een derde te beschikken: boekhandel annex bibliotheek “De Volharding” in de Kapelstraat.

(wordt vervolgd)

Reactie van Dirk Florijp op het artikel “De Bibliotheek, deel I” van Bas Romeynn

Een mooi verhaal van Bas Romeijn over de bibliotheken. Vanuit de Pro­testante kerken ben ik een tijd afgevaardigde geweest. Dat de biblio­theek zo’n grote invloed heeft gehad op de jeugd van toen is goed om te horen.

Salvatori in 1993 Foto: Koos Schipper

Bij slager Onos op de Kanaalstraat 84 was de bibliotheek. Een paardenslagerswinkel meteen woonhuis eraan. Onos deed ook de noodslachtingen voor de gemeente en ook voor Sassenheim. Je kon er een kilo vlees bestellen en afhalen in de winkel. Later ging de bibliotheek naar de Wagen­straat in “Salvatori” waar meer ruimte was. Alle boeken werden eerst gekaft, ook kapotte boeken die terug kwamen. Daar was je avonden mee bezig. Ook mocht ik boeken inkopen en bestel­len bij boekhandel Ligtenberg in de Kanaalstraat nr.46, zo’n 10 tot 15 boeken uit de opbrengst van de uitlening.

Erg veel konden we ons niet veroorloven. Deze boeken moesten door een commissie worden be­oordeeld of deze wel geschikt waren voor een Christelijke bibliotheek. Natuurlijk zat er ook een persoonlijke smaak achter bij de aankoop van wat je zelf mooi vond en wat gewild was. De schoolmeester Hartingsveldt die in het bestuur zat heeft heel wat boeken gelezen en gecensureerd, soms een vloek doorgekrast wat niet door de beugel kon maar dan des temeer opviel. Later waren we aangesloten bij de bibliotheekcentrale in Dordrecht en wa­ren er meer mogelijkheden, konden dan een ruilcollectie uitzoeken en een dagje in de auto met Cees Stad naar Dordt.

Geleidelijk werd alles wat losser en vond men dat de lezers een eigen ver­antwoordelijkheid hadden.