OudNieuws: Verdronken in de Haarlemmermeer 1688
Ermpje Munnik verdronk in 1688 in het Haarlemermeer. De zoekacties worden beschreven.
Dirk Floorijp
Nieuwsblad Jaargang 14 nummer 2, april 2015
Uit de archieven komen niet alleen mooie maar ook trieste verhalen tevoorschijn. In de 17e eeuw was de Haarlemmermeer nog een gevaarlijk water. In de verpondingsboeken lezen we vaak dat de inwoners geen belasting hoeven te betalen voor hun land omdat het wegens afkalving door het water, in de golven van het meer was verdwenen.
Zo’n triest verhaal komt voor in de heijligengeest boeken van Lisse. In het jaar 1688 had het echtpaar Cornelis Willemsz.van der Codde gehuwd met Maertje Pietersdr.van Oosten een dienstmaagd. Maertje was biersteker en had twee opgroeiende dochters.De dienstmaagd Mensje, haar achternaam is nog niet achterhaald, was verdwenen. Dan staat er ineens, ontvangen van Vrank Janse van Kats armmeester 15 stuijvers dat gegeven was voor het opvissen van Mensje, dienstmaagd van Maertje Pieters van Oosten. Maar ze was echter niet alleen. Waarschijnlijk met haar vriendin Ermpje Munnik, die was nog niet gevonden. Wat de oorzaak was van het ongeluk lezen we nergens. Er werd een zoekactie op touw gezet en de broer vanErmpje, Cornelis Pieterse Munnik loofde 10 gulden uit voor degene die zijn zuster vond. De helft ervan zou naar de armen gaan. Voor die tijd een aardig bedrag. In een kleine gemeenschap die Lisse toen was, zal het zeker het gesprek van de dag zijn geweest. Met stokken langs de rietkragen van het meer lopen zoeken, dan is het meer ineens heel groot. Jan Philipse van Vossen, Cornelis Cornelisse Geervliet, Gerrit Willemse en Maerten Willemse, knecht van Jacob Engelse Broekhuijsen die woonde op een hofstede aan de graft. Zij allen namen aan de zoekactie deel. Maerten Willemse vond haar na lang zoeken. Wat nu zo onbaatzuchtig was, dat er was afgesproken om het vindersloon af te staan aan de heijligen geest armen en de andere helft gegeven werd aan Gerrit Willemse aan de brugge in het oostijnde die mede gesogt hadde,ende in groote armoede was. Maertje Pieters van Oosten waar Mensje dienstmaagd was, overleed in datzelfde jaar 1688
Bron
G.a.Lisse inv.nr.292