Nogmaals ‘Overstroming in de Poelpolder’
Sporen van vroeger (LisserNieuws)
15 april 2025
door Nico Groen
In het boek ‘Lisserpoelpolder 1624-2024’ worden 5 overstromingen in de Poelpolder beschreven. Het boek is nog verkrijgbaar. De vierde overstroming was in 1804. Over deze overstroming is meer bekend door een relaas van de landmeter van Rijnland.
De weersomstandigheden waren vóór de overstroming al buitengewoon slecht. In het boek staat dat er gesproken wordt over ‘Felle noord-oosten winden en buien’ die het water in zuidelijke richting opstuwden en dus ook het water van de Ringsloot rondom de droogmakerij. De ringdijk had al veel schade opgelopen. De weersomstandigheden werden maar niet beter en ‘eindelijk’ in de ‘Nagt tussen Zondag en Maandag den 12den en 13den Februari 1804’ gebeurde het dan toch. Niet ver ten noorden van de 1e Poellaan, ongeveer tegenover de Zemelpoldermolen, ontstond ‘tot opden bodem’ een gat en die alles binnen ‘den Poel dreigde omver te werpen’.
Gevolgen van de overstroming
Kennelijk waren veel eigenaren niet bedacht op een overstroming van deze omvang. Veel boeren hadden op dat moment nog vee in de weiden lopen. De boeren moesten dus in rap tempo ‘hun vee en haave zoo verre het zich daarin bevond ontruymen en tragten te redden’. Maar dit was natuurlijk niet het enige probleem. Ook vele gaten in de dijken moesten met spoed gedicht worden, terwijl er een ‘groot gebrek aan de meest benodigde Specie (aarde)’ was volgens de landmeter. Ook het vervoer was een probleem. Bij de grote doorbraak tegenover de zemelpoldermolen hebben de eigenaren zelfs een schip laten zinken omdat er niet genoeg grond was te vinden in de nabije omgeving. We lezen dat de boeren deze actie ‘met geen ongunstige gevolg beloond’ zagen.
De landmeter had zelf waargenomen dat het water tot 1,5 m hoogte in de polder was gekomen. Aan huizen en boerderijen was veel schade aangericht. Een drietal ‘Huysmanswoningen’ had zelfs zoveel van de overstroming geleden, dat men tot sloop overging en het puin gebruikt werd om de beschadigde dijk te verstevigen. Een groot gedeelte van de dijk was zwaar beschadigd, maar dat was nog niet alles. De bruggen in de 1e en 2e Poellaan waren er slecht aan toe. Beide bruggen hadden, zo lezen we, ’door de zwaere persingh van ’t Water zodanigh geleden dat de steene Vleugels geheel zijn omgevallen en alles verder uyteen gerukt’. Er moesten dus nieuwe bruggen gemaakt. Timmerman J. Guldemond heeft dat aangenomen voor 3.125 gulden. Kort na het herstel van beide bruggen ontstonden nieuwe problemen, want de Zemelbrug bleek op te laag niveau te zijn gerepareerd. Onder deze brug door werd zand vervoerd van een afzanding bij het Keukenduin nabij het Reigerbos, ten behoeve van ophogingen in Amsterdam. Na de reparatie van 1804 konden zandschuiten helaas niet meer onder de brug door. De eigenaar van de afzanding, Van der Staal, heeft na hevige discussie uiteindelijk de ophoging van de brug zelf moeten bekostigen.
De kosten die alle schade met zich mee bracht waren enorm en geraamd op 15.000 tot 20.000 gulden, een enorm bedrag voor die arme tijd.

Foto.: Deze foto uit 1953 laat zien hoe een gat in de dijk met een schip gedicht kan worden.
Foto: Uit het boek ‘Lisserpoelpolder 1624-2024’