Een ziekenhuis en nieuw bloed in de huisartsengroep
Er was echt eens een ziekenhuis in Lisse! Op de plek waar je nu vanaf de Heereweg de Nassaustraat in rijdt. Paul Stelder schrijft erover in zijn serie over de zorg in Lisse door de jaren. Dat stukje Lisse komt aardig aan bod in dit nummer.
door Paul Stelder
Nieuwsblad 23 nummer 2 2024
Na de oorlog en de bevrijdingsfeesten proberen ook de inwoners van Lisse zo snel mogelijk hun gewone leven weer op te pakken. In veel gezinnen is er verdriet of onzekerheid over familieleden. Nederlanders die fout zijn geweest in de oorlog worden bestraft, maar moeten na het uitzitten van die straf, ook weer integreren. Kort na de bevrijding blijkt een onafhankelijkheidsbeweging in Indonesië steeds meer steun van de lokale bevolking te krijgen. Hierdoor raakt de Nederlandse regering verstrikt in een nieuwe oorlog. Dat leidt van 1946 tot 1949 tot de zogenoemde politionele acties. Veel jonge mannen moeten als dienstplichtig soldaat hun families voor onbepaalde tijd verlaten om naar Indonesië te vertrekken, onder hen is de jonge huisarts Frans Haase.
Ziekenhuis Irene
In 1946 neemt de Hervormde Gemeente in Lisse het initiatief om een voorziening op te richten waar zieken kunnen worden verpleegd en waar vrouwen kunnen bevallen. Er wordt een pand beschikbaar gesteld aan de Heereweg, destijds met het huisnummer 113. Het lag op de huidige kruising van de Nassaustraat en de Heereweg. Het krijgt als naam ‘Ziekenhuis Irene’. Het beleid in het ziekenhuis wordt bepaald door de plaatselijke huisartsen en de zorg wordt uitgevoerd door de directrice en haar personeel. Overigens zijn er voor katholieke inwoners van Lisse ziekenkamers beschikbaar. In Huize Pius. Vrouwen konden bevallen in het St. Josephhuis (Schoolstraat 2). In Huize Pius wordt de zorg uitgevoerd door de aldaar wonende nonnen, de zogenoemde vrouwelijke religieuzen.
In het jubileumboek ‘175 jaar Brandweer Lisse’ staat nauwkeurig beschreven hoe de brandweer in december 1948 het ziekenhuis bij een controle aantreft: met diverse kachels en haarden en een zeer brandonveilige situatie, waarbij er zelfs geen brandblusser aanwezig is! Op de begane grond bevindt zich een vrouwenziekenkamer en op de eerste verdieping een mannenziekenkamer plus een kamer waar bevallingen laats kunnen vinden. Op het moment van de brandinspectie verblijven er acht patiënten en twee baby’s in het ziekenhuis. Er is tevens een kamer voor de directrice, twee voor inwonend personeel, een kamer voor een maatschappelijk werkster en er wordt ook nog een kamer verhuurd! Van het personeel in het ziekenhuis wordt of veel geëist of het wordt heel slecht betaald, want binnen enkele jaren tijd is er driemaal een vacature. Volgens het brandweerrapport zou de capaciteit kunnen worden opgevoerd tot veertien patiënten en twee baby’s. Bij de aanleg van de Nassaustraat wordt het pand gesloopt, maar het is dan al lang niet meer in gebruik als ziekenhuis. Het is niet precies duidelijk wanneer het ziekenhuis is opgeheven. De laatste advertentie waarin om personeel wordt gevraagd is van eind 1949. Waarschijnlijk wordt kort daarna het ziekenhuis opgeheven want het pand krijgt de naam ‘Pension Irene’.
De eerste masseur

Het is natuurlijk gewoon Broeke, de meneer van de heilgymnastiek
en D.O.K. staat voor ‘Door Oefening Kracht’ (NLC 26-7 1948)
Jan Broeke was de wegbereider voor de fysiotherapeuten in onze gemeente. In Lisse is kort na de oorlog ruimte voor een geheel nieuwe beroepsgroep binnen de gezondheidszorg. Jan Broeke (geboren 12 april 1907 te Abcoude- overleden 4 maart 1992 te Heemstede) opgeleid als gymnastiekleraar, vestigt zich in 1947 als masseur en leraar heilgymnastiek. Tot 1975 blijft hij beroepsmatig actief.
In de jaren zestig wordt in Haarlem gestart met een opleiding voor fysiotherapie, waar naast massage ook diverse vormen van fysiotechniek worden onderwezen. Daar worden dus in onze regio de eerste echte fysiotherapeuten opgeleid. Broeke is de voorloper van een grote groep fysiotherapeuten in Lisse. In september 1967 komt de dan nog jonge fysiotherapeut Guus Kosters hem assisteren en in november 1975 draagt Broeke het laatste gedeelte van zijn fysiotherapiepraktijk over aan fysiotherapeut Jan Hersman.
Huisartsenpraktijk Haase na de oorlog
Bij zijn terugkeer uit Indonesië in 1949 ziet Frans Haase junior voor de eerste maal zijn vierde zoon, die bij zijn vertrek naar Indonesië nog niet geboren was. Frans voegt zich snel bij de praktijk van zijn vader, Frans senior. Zij werken samen in de praktijk die dan nog steeds gevestigd is in Maria ’s Hof aan de Heereweg 317. Op 3 februari 1952 viert Frans senior het feit dat hij 50 jaar huisarts is. Hij is op dat moment 77 jaar oud. Dan pas vindt hij het genoeg geweest en legt hij zijn praktijkwerkzaamheden volledig neer. Het apotheekgedeelte van de
praktijk mag volgens de geldende regels niet door zijn zoon worden voortgezet. Het gaat daarom officieel over in handen van de plaatselijke apotheker Sophie van Overbeek. Helaas kan Frans Haase senior niet lang van zijn pensioen genieten: hij overlijdt op 26 augustus 1953. Zijn
vrouw en zijn dochter uit zijn eerste huwelijk blijven tot 1967 in Maria’s Hof wonen. Tandarts K. R. B. van ’t Hoff (geboren 9 maart 1940 te Den Haag – overleden 14 juli 2002 te Epe) wordt de nieuwe bewoner van het pand. Frans junior verhuist reeds in 1952 met zijn gezin naar Heereweg 337, waar hij, vanaf 1975 samen met zijn zoon Frans, de nieuwe junior, tot 1984 praktijk houdt.
De komst van een nieuwe dokter
Het dorp Lisse heeft in 1945 11.000 inwoners, in 1955 12.250 en in 1960 13.500 inwoners. Er worden na de oorlog nieuwe woonwijken gebouwd. Eerst de Bloemenbuurt in de omgeving van de oude Broekweg, daarna in het verlengde van diezelfde Broekweg, worden de Van Speykstraat en de Zeeheldenbuurt ontwikkeld. Voor de Tweede Wereldoorlog is de Koninginne- en Prinsessenbuurt al gebouwd en deze wordt in de jaren ‘50 aangevuld met de Oranjelaan. Begin jaren ‘50 krijgt architect Aad Paardekooper, die sinds 1946 samen met architect Kees Barnhoorn een architectenbureau heeft aan de Grachtweg te Lisse, de opdracht om de Mariakerk met pastorie, de Mariaschool en de Dominicus Savio MULO te ontwikkelen, in de van hem bekende stijl van de Bossche School. In jonge gezinnen is er vaak behoefte aan een jongere huisarts. Dan vestigt zich op 17 november 1956 een jonge, ambitieuze arts aan het Nassaupark 43, op de hoek met de Nassaustraat. Hoe is deze buitenstaander in Lisse terechtgekomen en hoe valt zijn komst bij de zittende huisartsen?
Nicolaas -Klaas- Bet (geboren 16 januari 1925 te Noord- Scharwoude- overleden 3 oktober 2004 te Warmond) wordt geboren als tweede zoon in een arm landarbeidersgezin. Van de twaalf kinderen die in dat gezin geboren worden, overlijden er vijf voor hun tiende levensjaar. Klaas is het tweede kind in het gezin. Zijn oudere broer Kees overlijdt op achtjarige leeftijd, Klaas is dan zeven jaar oud. Hij blijft lang klein van stuk en hij kan goed leren. De bovenmeester ziet zijn talenten en schat in dat hij meer kan dan op het land werken. Hij stimuleert de ouders om Klaas te laten doorstuderen aan de HBS in Alkmaar. In 1941 haalt Klaas zijn diploma, maar door de oorlog kan hij niet verder studeren. In november 1946 mag hij met een lening van de plaatselijke zuurkoolproducent Kramer, toch de studie weer oppakken en hij gaat naar de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam om er geneeskunde te studeren. Tijdens die studie komt hij in contact met de pater jezuïet Jan van Kilsdonk, die acht jaar ouder is en als een soort mentor voor Klaas optreedt. Na het afronden van zijn studie in 1952 werkt hij ongeveer anderhalf jaar in de Sint-Willibrordusstichting, een psychiatrisch ziekenhuis in Heiloo opgericht in 1930. Hij is sterk geïnteresseerd in psychiatrie en de toenmalige behandelingen met electroshock maken diepe indruk op hem. Na deze periode moet hij in militaire dienst. Tijdens zijn studie krijgt hij op een feestje bij een studievriend thuis kennis aan Riet Seignette, een dochter van een bollenkweker uit Limmen. Zij trouwen op 30 december 1952 en zij gaan bij de ouders van Riet inwonen. De vader van Riet komt voor de handel met zijn bollen regelmatig naar Lisse en leert daar enkele lokale collega-bollenkwekers kennen. Hij hoort van de nieuwbouw in het dorp en hij suggereert Klaas dat dat mogelijk een aantrekkelijke plaats is om zich te vestigen. Hij weet van de belangstelling voor het huisartsenvak van zijn schoonzoon en ziet hier een kans voor hem: Klaas is nog jong en wil graag aan de slag, maar hij heeft geen geld om een praktijk te kopen. Mogelijk met financiële steun van zijn schoonfamilie kan Klaas een hoekhuis aan het Nassaupark kopen en hij begint op 17 november 1956 met zijn zogeheten vrije vestiging op twee van de slaapkamers.
Artsen mogen zich nog steeds overal waar zij willen, vestigen: het is een zogenaamd vrij beroep. De plaatselijke huisartsen sporen hun patiënten in dit geval niet aan om zich naar hem over te laten schrijven. Hij begint dus zonder patiënten op zijn naam en moet het hebben van de bewoners van de nieuwbouw om hem heen en van mond-opmond-reclame, want een wervende advertentie plaatsen is niet toegestaan. Aanvankelijk mag hij wel met de andere huisartsen meedoen in de waarneming in het weekend: op zaterdagmiddag en op zondag. De huisartsen hebben alle andere dagen van de week altijd zelf dienst voor hun eigen praktijk. Maar binnen een jaar op 14 oktober 1957 wordt hem de wacht aangezegd. Wat precies de aanleiding is geweest is niet meer duidelijk, maar op die avond staat zijn collega Haase onverwachtvoor de deur met een door alle collega’s ondertekendebrief, waarin Klaas moet lezen dat hij uit de waarneemregeling is gezet.
Dit is een zeer zwaarwegende maatregel, want het betekent dat Klaas niet meer op vakantie kan en niet meer tijdens een weekend op familiebezoek kan gaan in Noord-Holland. Deze buitensluiting duurt ongeveer een jaar en wordt pas bijgelegd onder druk van een aantal vrienden. Met name Dick de Vroomen maakt zich sterk voor hem. Zij eisen van de zittende huisartsen dat Klaas weer in de waarneming wordt opgenomen. Zij zetten hun eis kracht bij door te dreigen er voor te zullen zorgen dat grote
aantallen patiënten een overschrijving naar de praktijk van Bet aanvragen. Daarop is de uitsluiting teruggedraaid, geleidelijk is de relatie weer beter geworden. Klaas rijdt aanvankelijk zijn visites op de fiets, want een auto heeft hij niet. Ook moet hij andere werkzaamheden doen om enig inkomen te verkrijgen. Zo geeft hij les aan kraamverzorgsters van het kraamcentrum in Sassenheim en hij geeft enkele jaren biologieles op het kort daarvoor geopende Fioretti College en aan de huishoudschool aan de Achterweg. Zijn patiëntenbestand groeit en in 1961 is er voldoende inkomen om een praktijkvleugel aan het huis te laten bouwen, zodat de slaapkamers beschikbaar komen voor
de kinderen van het groeiende gezin. In de jaren zestig gaat er opnieuw een huisarts de politiek in en doet opnieuw een nieuwe discipline zijn intrede in de eerstelijnszorg.

Vier huisartsen aan de thee, nadat de onenigheid was bijgelegd. v.l.n.r.: Henk Holl, Lex Duymaer van Twist, Marius van Dijk en Klaas Bet.
Daarover meer in het volgende hoofdstuk over de geschiedenis van de medische zorg in Lisse.
Bijlage
Baanbrekende ontwikkelingen op medisch gebied na 1945
In de oorlog waren besmettelijke ziektes als tuberculose, difterie, kinkhoest en mazelen gevaarlijk rondgegaan en daardoor vielen vele dodelijke slachtoffers. In 1953 is het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu opgericht en konden kinderen gratis worden gevaccineerd tegen difterie, kinkhoest en tuberculose. In 1957 kwam daar nog poliomyelitis bij en in de jaren daarna zijn de vaccinaties nog veel verder uitgebreid en werd al begonnen op de babyleeftijd. Een andere grote ontwikkeling in de strijd tegen de besmettelijke ziektes is de ontdekking van penicilline geweest. Een Nederlands bedrijf (Gist Brocades) heeft bij de bedrijfsmatige ontwikkeling van penicilline een belangrijke rol gespeeld. Vanaf 1948 was het op grote schaal in Nederland beschikbaar. Ziektes als longontsteking en nierbekkenontsteking waren daardoor goed te behandelen en veel minder levensbedreigend. In de jaren 60 kwam er voor een heel ander doel een nieuw medicijn op de markt. De anticonceptiepil, toen nog in een veel zwaardere vorm dan tegenwoordig, kwam beschikbaar. Hoewel er aanvankelijk veel weerstand was vanuit de kerken en ook vanuit de medische wereld, heeft dat een betere gezinsplanning mogelijk gemaakt: de gezinnen werden kleiner en vrouwen konden daarmee makkelijker deel blijven nemen aan het arbeidsproces. In 1953 werd de structuur van het chromosoom ontdekt met het DNA als bouwsteen. Het overervingspatroon van vele erfelijke ziektes kon hiermee worden verklaard en later ontwikkelde zichdaaruit bij voorbeeld de prenatale diagnostiek.
Bronvermelding
Jubileumboek 175 jaar Brandweer Lisse
Cees Paardekooper: Biografie van ir. A. H. J. Paardekooper
Frans en Marjolein Haase
Guus Kosters
Jan Hersman
Diverse krantenarchieven, wikipedia
M.m.v.: Ria Grimbergen

(1) De introfoto laat zien dat Huize Irene gesloopt moest worden om de Nassaustraat aan te laten sluiten op de Heereweg