Berichten

NIEUWE LIJST WAARDEVOLLE BOMEN in 2016

Sporen van vroeger (Lisser Nieuws)                             

20 april 2016

door Nico Groen

Als gevolg van het Bomenbeleidsplan, dat in 2014 door de gemeente is vastgesteld, moesten alle monumentale bomen opnieuw worden beoordeeld en worden ingedeeld op de lijst Waardevolle bomen. Het grote voordeel van Waardevolle bomen is dat nu ook bomen, die net geplant zijn, al waardevol kunnen zijn en niet mogen worden gekapt. Dit, mits de soort 120 jaar kan worden en de boven- en ondergrondse ruimte voor de boom voldoende groot is.

Er zijn nogal wat monumentale bomen van de oude monumentale bomenlijst niet opgenomen in de lijst Waardevolle bomen. Dit betreft voornamelijk zieke paardenkastanjes en afgeleefde berken.
Van een drietal is het echter onbegrijpelijk, dat zij van 1994 tot nu bij de monumentale bomen behoorden en nu niet meer. Zij staan er goed bij en zijn alleen nog maar 20 jaar ouder geworden.
Zij moeten dus op de Lijst Waardevolle bomen van de gemeente staan volgens de werkgroep Landschap, groen en bomen van de Vereniging Oud Lisse.

Als belangrijkste betreft het een grote dikke eik in de brede houtwal tussen de Essenlaan en boerderij de Phoenix van De Wit, Achterweg Zuid 66.
In 1994 had deze boom een doorsnee van 130 cm. Voor zo’n eik is het een voortreffelijke plaats op de hoge houtwal, hoog boven het grondwater. Deze hoge houtwal was vroeger onderdeel van het duingebied ter plaatse.
In de winter, als de bladeren weg zijn is het silhouet vanaf Achterweg Zuid duidelijk te zien.

De tweede boom, een rode beuk, staat op het adres Heereweg 29A. Hier staan de huizen vóór het Veldhuyzen van Zantenpark, die rond 1994 gebouwd zijn. Toen is er met succes door de Vereniging Oud Lisse geprotesteerd tegen de kap van een aantal linden en beuken, waaronder de betreffende rode beuk. Deze had toen volgens Gemeente Lisse al een doorsnee van 100 cm. De huizen zijn toen rondom de te behouden bomen gebouwd. Mogelijk is de boom in de twintiger jaren van de vorige eeuw geplant bij de bouw van de toenmalige bollenvilla’s.

Op Heereweg 36 staat een monumentale rode beuk met een doorsnee van 80 cm in 1994. Ook hier is het argument, net als bij de vorige 2 bomen, dat de boom vanaf de openbare weg niet goed zichtbaar zou zijn en daarom niet beeldbepalend. Voor de VOL, gezamenlijk met de Natuurvereniging Bollenstreek  is het onbegrijpelijk dat deze boom niet als waardevol wordt gezien, temeer omdat de boom, net als de hierboven genoemde bomen al meer dan 20 jaar op de gemeentelijke monumentale bomenlijst staat. Beeldbepalend is niet het enige criterium. Er zijn er meer, waar de bomen wel aan voldoen.
De Vereniging Oud Lisse vindt alle 3 monumentale bomen zeer waardevol vanwege  ouderdom en de cultuurhistorische waarde. Ook vanuit ecologisch standpunt moeten deze bomen op de lijst Waardevolle bomen. De drie bomen zijn gezond en kunnen nog jaren mee.

In de pas opgerichte Bomenadviesgroep van de gemeente, waarin de VOL ook zitting heeft, is dit ter sprake gekomen. Wethouder Evert Jan Nieuwenhuis heeft toen beloofd een second opinion aan te vragen.

Rode beuk achter het huis van Heereweg 29A, uit het boek ‘Wandel en fietsroutes Bomen Lisse’, dat nog verkrijgbaar is bij de Vereniging.

WAARDEVOLLE PARTICULIERE BOMEN OPGEVEN BIJ DE GEMEENTE

In 2014 is een nieuw bomenboek door de Vereniging Oud Lisse uitgegeven.

Sporen van vroeger (Lisser Nieuws)

24 maart 2015

door Nico Groen

De Vereniging Oud Lisse stelt zich het behoud van het cultureel erfgoed ten doel. Dit geldt niet alleen voor panden , maar ook voor bomen en landschappen.
Daarom heeft de Vereniging in 1992 een inventarisatie gemaakt van alle waardevolle en toekomstig waardevolle bomen. Dit resulteerde in 1993 in een boek ‘Bomen van Lisse’ van Udo Hassefras. Aan de hand van deze inventarisatie heeft de gemeente Lisse toen ‘De monumentale bomenlijst in Lisse’ opgesteld met 200 bomen van toen 80 jaar en ouder en meer dan 200 bomen van toen 50 jaar en ouder. Deze lijst staat op de website van de Vereniging Oud lisse.
In 2014 is een nieuw bomenboek door de Vereniging Oud Lisse uitgegeven. Dit boek heet ‘Fiets- en wandelroutes langs monumentale bomen in Lisse’  met daarin alle bomen van 100 jaar en ouder en veel andere interessante bomen.
De gemeenteraad Lisse heeft in mei 2014 het bomenbeleidsplan vastgesteld. Vóór dat de raad dit beleid vaststelde heeft de Vereniging Oud Lisse samen met de KNNV Natuurvereniging Bollenstreek een zienswijze ingediend om volgens hen het beleidsplan te verbeteren. Deze en andere zienswijzen hebben niet geleid tot een verandering van het beleidspan omdat de zienswijzen volgens de gemeente niet over het beleid zelf gingen, maar over het bepalen van criteria voor waardevolle bomen, de bomenverordening en het beheersplan.
Uit het beleidsplan zou je bijvoorbeeld op kunnen maken, dat het aantal waardevolle bomen in het centrum in de toekomst gelijk blijft, maar dat er in alle wijken van na de oorlog geen waardevolle bomen bijkomen, omdat die na de oorlog geplant zijn. Op de zienswijze  van beide verenigingen was de inspraakreactie hierover als volgt. “De gemeente beschouwt jonge bomen, die zijn aangeplant met een ambitie leeftijd van 120 jaar en waar de groeiplaats ook voor is ingericht als waardevolle bomen. Deze komen dus op de lijst te staan als potentieel waardevol. Dit moet in de criteria worden uitgewerkt”. Dit betekent, dat in alle wijken bomen benoemd kunnen worden, die potentieel waardevol zijn!
Om alle criteria vast te stellen is een bomenklankbordwerkgroep door de gemeente in het leven geroepen. Nico Groen neemt daaraan deel namens de Vereniging Oud Lisse en namens de KNNV Natuurvereniging Bollenstreek. Hoe de stand van zaken hiervan is, kunt u volgen op www.lisse.nl/bomen.
Aan de hand van de vast te stellen criteria kunnen nieuwe bomen worden toegevoegd. De gemeente vraagt daarom aan alle inwoners om vóór 31 maart bijzondere  niet gemeentelijke bomen op te geven via  bomen@lisse.nl met vermelding van locatie en de reden. Van gemeentelijke bomen zijn de statussen bekend en deze hoeven dus niet te worden opgegeven.
In het beleidsplan staat dat particulieren naast bepaalde verplichtingen ondersteuning kunnen krijgen in de vorm van informatie, inspanning  en/of financiële bijdrage aan duurzaam onderhoud van hun waardevolle bomen. Hoe die ondersteuning er uit gaat zien is nog niet bepaald.
De Vereniging Oud Lisse vindt het erg belangrijk om in de toekomst in alle wijken in Lisse bomen van 100 jaar of ouder te hebben.

Om waardevolle bomen te krijgen, moet je geduld hebben, zoals hier op Heereweg 289 met een rode beuk. Foto: Nico Groen

MOETEN DE MONUMENTALE LINDEN WIJKEN VOOR DE FACTORIJ?

Sporen van vroeger (Lisser Nieuws)           
15 juli 2014

Uit de plannen voor de nieuwbouw , met de quasihistorische naam ‘De Factorij’, blijkt, dat ook de 6 oude monumentale linden zouden moeten verdwijnen. gepleit wordt voor behoud

door Nico Groen

De gemeenteraad van Lisse heeft de nieuwbouwplannen op de plaats van de Openbare Lagere School en de Voorhof goedgekeurd. Niet alleen de monumentale karakteristieke Openbare Lagere School uit 1885 moet verdwijnen, maar ook de eeuwenoude beeldbepalende eik tussen de school en de Voorhof moet het lootje leggen. Verplaatsen schijnt veel te duur te zijn. Bovendien moeten hiervoor al een paar jaar tevoren de wortels rondom de kluit worden los gestoken. De boom heeft dan de tijd om binnen de te verplaatsen kluit, nieuwe wortels te maken, die na het verplanten verder uit moeten lopen om voedingsstoffen en water op te kunnen nemen . Helaas, maar waar geen wil is, is ook geen weg.
Uit de plannen voor de nieuwbouw , met de quasihistorische naam ‘De Factorij’, blijkt, dat ook de 6 oude monumentale linden zouden moeten verdwijnen. In het boek ‘ Wandel- en fietsroutes langs bomen in Lisse’ van de Vereniging Oud Lisse worden deze linden als volgt omschreven ”Tegenover de grote Kerk staat een imposante rij oude linden. Deze zijn heel bepalend voor de sfeer in dit gedeelte van de Heereweg”.
De gemeente Lisse heeft al jarenlang een lijst met monumentale bomen. Hierop staan deze linden prominent vermeld. Wat is de waarde van deze monumentale bomenlijst als zomaar gekapt mag worden? Als particuliere eigenaren een boom van de lijst willen kappen voor nieuwbouw, vindt de gemeente terecht dat er maar om de boom heen gebouwd moet worden. Denk maar aan de huizen aan de Heereweg bij het Velthuyzen van Zantenpark. Een en ander is toch met 2 maten meten? Hopelijk komt de Gemeenteraad of aannemer Horsman en Co nog tot inkeer, wat de bomen en de naam Factorij betreft.
Tenslotte missen wij in dit project ook voorbereidend archeologisch onderzoek.
Dit gedeelte in de historische dorpskern is namelijk een archeologisch waardevol gebied. Bij zo’n gebied is bij bodemingrepen van meer dan 30 cm vroegtijdig archeologisch onderzoek verplicht.

De oude linden bij de groet kerk moeten niet weg! Foto: Nico Groen

Boomplantdag en bomenboek

Nieuwsflits

NIEUWSBLAD Jaargang 13 nummer 2, april 2014

Is er een mooiere dag denkbaar dan boomfeestdag om een eerste exemplaar van het bomenboekje aan te bieden? Het begon met een idee: moeten we het boek “Bomen in Lisse” van Udo Hassefras, door Ver. Oud Lisse uitgegeven in 2000, opnieuw uitgeven? Nog enkele suggesties werden gedaan en na rijp beraad werd besloten om een boek te gaan maken, in de stijl van het eerder verschenen monumentenboekje, met een wandelroute door het centrum, een fietsroute naar het noorden en één richting Sassenheim. In dit boekje met veel fraaie foto’s spelen de monumentale bomen, de bomen op leeftijd en bijzondere bomen een hoofdrol. Gelukkig valt er in Lisse van dit groen het nodige te genieten. Dat bomen belangrijk zijn voor onze leven, onze gezondheid, voor ons welbevinden, we kunnen er een hele boom over opzetten. Dat ook illustere voorvaderen zich druk maakten om bomen bewijst bijv. de uitspraak van Maarten Luther: “Zelfs als ik zou weten dat de wereld morgen zou vergaan, dan nog zou ik mijn appelboom planten.”

In 2011 begonnen de vrijwilligers Nico Groen, Henk van der Kaaden en Liesbeth Brouwer aan de bomenklus. Wim Bosch deed met succes aan fondsenwerving. Want: “Je kan het geld niet van de bomen schudden”. Op 12 maart, de boomfeestdag, kon de vrucht van alle noeste arbeid getoond worden. Eerst werd in stijl door Wethouder Ad van Zeist, samen met de vrijwilligers de aanplant van drie lindebomen op de hoek van de Lindenlaan/Kastanjelaan afgerond, waarbij vooral de kleinkinderen zich flink inzetten. Na deze investering in een groene toekomst werd in De Vergulde Zwaan het eerste exemplaar van het bomenboek “Wandel- en Fietsroutes langs monumentale en bijzondere bomen in Lisse” aangeboden aan wethouder Van Zeist. Het boek is verkrijgbaar bij de boekhandel voor € 12,50/ex. Leden van onze Ver. Oud Lisse en van de KNNV krijgen reductie en betalen € 9,5/ex bij onze vereniging. Bekijk met dit boek Lisse eens van de groene kant.

Vlnr. Wim Bosch, Nico Groen, Liesbeth Brouwer, Henk van der Kaaden, Ad van Zelst

Uitgave “Wandel- en Fietsroutes langs monumentale en bijzondere bomen in Lisse”.

Nieuwsflits

NIEUWSBLAD Jaargang 13 nummer 1, januari 2014

Na de succesvolle uitgave van het boek ” Kroniek van de Lisser timmerman en molenmaker Cornelis van der Zaal (1769-1839)”, staan we nu als Vereniging Oud Lisse weer op het punt om een ander boek uit te geven. Onze historische Vereniging Oud Lisse heeft als doelstelling het behoud van het cultuurhistorisch erfgoed van de gemeente Lisse en omgeving. Dit betreft niet alleen monumenten en beeldbepalende panden maar ook monumentale bomen en het voor onze streek zo karakteristieke landschap. Daarom zijn we als vereniging erg begaan met de monumentale bomen en het cultureel/maatschappelijk belang van groen in de verstedelijkte omgeving. Er is geen zekerheid dat monumentale bomen blijven staan bij bijvoorbeeld nieuwbouw of wegenaanleg. De vereniging wil begrip kweken bij de inwoners van de gemeente Lisse en bij de gemeenteraad voor deze monumentale bomen, in het bijzonder bij nieuwe planvorming. Daarnaast is het uitdragen van kennis over het groen in cultuur historisch opzicht van belang voor de streekgeschiedenis en heeft het een toeristisch aspect.

Dit wil onze vereniging realiseren door een boek in kleur aan te bieden met 2 fietsroutes en l wandelroute. De titel van het boek is: “Wandel- en Fietsroutes langs monumentale en bijzondere bomen in Lisse”. Wij zijn als Ver.Oud Lisse al in 2011 gestart met de voorbereiding van dit project, waaraan 3 zeer actieve vrijwilligers hebben meegewerkt: Nico Groen, Henk van der Kaaden en Liesbeth Brouwer. De voorbereidingen, onderzoek, teksten schrijven en foto’s zijn nu afgerond en het concept boek ligt klaar. In het boek worden routekaartjes opgenomen. Er worden echter ook losse flyers met routekaarten en korte uitleg aan de achterkant gemaakt, zodat ook zonder het boek de routes kunnen worden gelopen/gefietst. In het boek worden drie wandel-, fietsroutes beschreven. Alle routes beginnen in het centrum van Lisse en geven in vogelvlucht weer welk groen men onderweg tegen komt en wat de cultuurhistorische betekenis van bijvoorbeeld deze bomen is. Dit kunnen mooie bomen in particuliere tuinen zijn of bomen die de gemeente heeft geplant en onderhoudt. De 3 routes gaan langs alle monumentale bomen van Lisse, plus nog een groot aantal bomen van 80 tot 100 jaar. Daarnaast zijn er nog andere speciale bomen, zoals herdenkingsbomen en bomen van bijzondere soorten of met andere unieke waarde, opgenomen. Het boek, helemaal in kleur, bevat 128 pagina’s met 280 foto’s. Door het creëren van l wandelroute door het centrum van Lisse en 2 aantrekkelijke fietsroutes, waarvan l over de grens met Hillegom en l over de grens met Sassenheim en Voorhout gaat, worden inwoners van Lisse en omstreken en toeristen aangespoord om te gaan fietsen of wandelen. Tijdens het fietsen of wandelen wordt men geattendeerd op bomen, natuur en landschap. Dit boek heeft naast toeristische waarde, ook grote educatieve waarde voor scholen. De wandelroute is ca 4 km en de fietsroutes zijn ca 12 km lang.

Voor de kosten van het drukken van 500 boeken en 3×500 flyers met losse routekaarten hebben we bij verschillende fondsen en ook bij de Gemeente Lisse subsidies aangevraagd, die deels gehonoreerd zijn. De Gemeente Lisse heeft ons nu  €4500 subsidie gegeven!. Ook hebben we van het Meerlandenfonds een donatie gekregen van €500 naast een donatie van €250 van de KNNV. De bedoeling is om het boek en de flyers eind februari/begin maart 2014 samen met het Bomenbeleidsplan van de Gemeente Lisse te presenteren. Het boek zal voor een prijs van € 9,5/ex worden aangeboden aan leden van onze Ver. Oud Lisse en van de KNNV en voor een prijs van €l 2,5/ex aan niet leden (b.v. in de boekhandel).

Uitreiking subsidies
Meerlandenfonds voor Lisse.
Vlnr. Nico Groen, Wim Bosch,
Liesbeth Brouwer, Ver. Oud Lisse,
vertegenwoordiger FC Lisse, Theo
Roersma, gent. Lisse, Ger de Jong,
directeur Meerlanden

Herdenkingsboom geplant.

Nieuwsflitsen

Nieuwsblad Jaargang 16 nummer 3 zomer 2013

Op het plantsoen tussen de Eikenlaan en de Westerdreef werd een koningslinde  raaie herdenkingshek werd op 30 april onthuld in aanwezigheid van het college en het oranjecomité.
Naast deze Willem Alexander boom heeft Lisse nog drie bomen die geplant zijn ter ere van leden van het koninklijk huis. We hebben de Amaliaboom aan het Nassaupark, de Beatrixboom op de hoek van de Berkhoutlaan en de Westerdreef
en de Bernhardboom op de kruising van de Van Bönninghausenlaan met de Veldhorststraat. Van het planten van deze laatste boom hebben we geen fotomateriaal. U misschien wel? Ter gelegenheid van de troonswisseling werd ook een speciaal putdeksel ontworpen. Er ligt er o.a. één voor het

Het planten van een herdenkingsboom

gemeentehuis.

Wie weet raad: Het planten van de Bernardboom

Wie weet raad

NIEUWSBLAD Jaargang 13 nummer 3, juli 2014

boek “Wandel- en Fietsroutes langs monumentale en bijzondere bomen in Lisse” verzuchtten de auteurs dat ze geen foto hadden kunnen achterhalen van het planten van de Bernhardboom. Dankzij Paul Wolvers, beleidsmedewerker gemeente Lisse, is er toch een foto van dit feestelijke gebeuren boven water gekomen. Nu maar hopen dat er ook nog namen van personen, die op deze foto staan, bekend worden.

 

Ter gelegenheid van het huwelijk van prins Bernard en prinses Juliana in 1937

 

Bomenboek Oud Lisse2014

 

Bomenboek Oud Lisse 2014

 

Houtkap landgoed Keukenhof niet zonder reden

De afgelopen tijd is in het bos nabij ’t Lammetje Groen veel essenhakhout gesnoeid. Er was een grote achterstand in het beheer van deze geriefbossen. Het was erg verwilderd en het voldeed niet meer aan de bedoelingen. De cyclus is nu weer opnieuw opgepakt.

door Arie in ‘t Veld

NIEUWSBLAD Jaargang 9 nummer 1, januari 2010

Afgelopen tijd is in het bos nabij ’t Lammetje Groen aan de Stationsweg veel gekapt. Het betreft hier echter niet het hakken om het hakken alleen, maar het oppakken van een cyclus zoals die ooit in gang werd gezet doch de laatste jaren in onmin is geraakt. Met tot gevolg dat het zogenoemde essen hakhoutbos verwilderde en geenszins meer aan de bedoelingen ervan voldeed.

Het kappen van het hakhoutbos is in volle gang. Foto Arie in ’t Veld

De cyclus is nu opnieuw opgepakt. Jan van Duyn, beheerder van het buitengebied van het landgoed erkent het idee dat de passant kan hebben dat er fl ink op los wordt gehakt. “Maar dat is inderdaad niet zonder reden. Het gebruik van het essen hakhoutbos (en we hebben meer van dergelijke gebieden op het landgoed) wordt in ere hersteld en mede daardoor wordt het bos bovendien weer als vanouds. Het landgoed heeft totaal ongeveer 50 hectare met essen hakhout en dat is van het landelijke areaal dat voorhanden is één van de grootste essen hakhoutgebieden. En men moet zich vooral geen zorgen maken over de kaalslag die zo op het oog aan de orde lijkt te zijn, want de bomen groeien binnen de kortste keren weer volledig uit en krijgen de tijd zich weer helemaal te ontwikkelen, waarna de cyclus van zeven à acht jaar de houthakkers hier weer terugbrengt.” Van Duyn zegt dat het hout verschillende bestemmingen heeft. “vroeger jaren waren er stukken van het essenbos die stammen leverden die geschikt waren als onder andere bezemsteel, of voor andere gereedschappen. Nu wordt het hout deels verkocht als haardhout en deels gaat het naar de ovens voor de biobrandstof. En gezien de ontwikkelingen op het gebied van biobrandstof is het aan te nemen dat we op den duur een substantiële bijdrage aan de ovens leveren, waarbij ook het andere groenafval een rol kan spelen.”

De werkzaamheden in het bos worden verricht door een ploeg die onder leiding staat van Liesbeth Beaumond. “Deze ploeg maakt deel uit van Rivierduinen, die operationeel is in de gehele regio. De mensen die hier aan het werk zijn hebben een psychiatrische achtergrond en het is de bedoeling ze klaar te maken voor een betaalde baan. Dus volledige terugkeer in de maatschappij. En ze hakken, zagen en sjouwen niet alleen het hout, maar behalen ook de benodigde certifi caten waarvoor dus de nodige opleidingen worden gevolgd.” Van Duyn vult aan dat de mensen het bij dergelijke projecten ook goed naar de zin moeten hebben. “Ze doen arbeidsritme op en krijgen ook te maken met het werken in teamverband en het dagelijkse ritme zoals dat in de maatschappij aan de orde is. Deze mensen zijn zeer gemotiveerd en ze moeten een kans krijgen om terug te keren in de maatschappij. Landgoed Keukenhof draagt daaraan graag het nodige bij.”
Of zoals Richard, één van de boswerkers, zegt: “Het werk is prachtig en heerlijk in de buitenlucht. We krijgen betaald en ik ben bezig met het volgen van een hoveniersopleiding. De sfeer onderling is bijzonder goed, er wordt ook het nodige gelachen en we werken allemaal met veel genoegen in het bos. Kortom: de samenwerking is perfect.” Aan het landschapsproject “Buizerd” van Rivierduinen wordt door een enthousiaste ploeg mensen keihard en enthousiast gewerkt. Mensen die hiermee de nodige ervaring opdoen op weg naar een zelfstandige plek in de maatschappij. En dan bovendien een bos op orde brengen en terug brengen naar de staat waarin dit bos altijd verkeerde en waarvoor het bedoeld was.

Kostbaar bezit

Essenhakhout is als beheersvorm in Nederland de laatste decennia sterk in oppervlakte afgenomen. De belangrijkste reden hiervoor is dat de essenhakhoutcultuur vanaf eind jaren 50 van de vorige eeuw niet meer rendabel was. Op landgoederen als dat van Keukenhof bleef het bos intact omdat het goede dekkingsmogelijkheden bood aan wild bij het jagen. In Nederland is er nog zo’n 250 hectare aanwezig, waarvan ongeveer 50 hectare op Keukenhof. De Stichting koestert dit unieke gebied vanwege de hoge cultuurhistorische-, landschappelijke en natuurwaarden. In de ‘oude stukken’ is een verhandeling (1855) terug te vinden over aanleg en onderhoud van essenhakhout in de streek. Deze werd geschreven door Mr. E. van Olden, burgemeester van Voorhout aan de graaf van Bylandt, eigenaar van het Landgoed Bergendaal te Voorhout. Naast burgemeester was dhr. Van Olden ook rentmeester van dat landgoed en hij schrijft dat hij bij aanvang van zijn werkzaamheden wel enige theoretische kennis had van akkerbouw, veeteelt, grasland en houtteelt, maar dat de geaardheid van de gronden hoogst verschillend was en dus de behandeling ook verschillend moest zijn. Hij schrijft: “Ik heb in den beginne als in half donker moeten rondtasten, heb veel onderzocht, veel beproefd en veel in de praktijk gebragt, meermalen met gunstig, maar ook wel eens met ongunstig gevolg.” De manier waarop hij aan de eigenaar schrijft komt tegenwoordig kruiperig over, maar was in die tijd vrij normaal: ”…het is mij een aangename pligt UHGeb. deze regelen aan te kunnen bieden, teneinde UHGeb. een overzigt te kunnen geven van UHGeb. bezittingen, en te bewijzen, dat ik het door UHGeb. in mij gestelde vertrouwen en de mij betoonde welwillendheid niet geheel onwaardig ben geweest.” (UHGeb betekent U Hoog Geborene). In vroeger jaren werd het afgezande binnenduin vaak zonder voorafgaande bemesting beplant met erwten en aardappelen en wanneer bleek dat dat niet ging stelde men dat “ de grond niet deugde” en werden er bomen geplant. Ook die wilden vaak maar slecht wortelen door aanwezige katteklei of bruin veen of ijzerhoudend zand. De wortels groeiden daar niet doorheen en bij een beetje wind woeien de bomen om met een ‘zooltje grond van een halve el dikte’. Van Olden gaat uitvoerig in op de behandeling van de gronden voor essenhakhout, in die periode een gewaardeerde teelt want het bracht geld op: door zijn taaiheid was het hout geschikt voor gereedschapsstelen en disselbomen. Ook werden er bonenstaken uit gesneden en het kleinste hout werd gebruikt als rijshout. In de jonge aanplant op veengrond groeide veel gras, kweek en allerlei onkruid. Hij adviseerde om dat niet te schoffelen maar door jongens te laten snijden met messen. Dat gaat vlug en het kost weinig! Het onderhoud van de bossen mocht überhaupt niet veel kosten en alle mogelijke arbeidskrachten werden geadviseerd: Als remedie tegen de overvloedige onkruidgroei adviseerde hij om een jaar aardappels te telen tussen de jonge aanplant. De grond werd dan gespit en het onkruid verwijderd. Hij stelde voor om de bospercelen voor een jaar om niet af te staan aan bijvoorbeeld “oude bijkans afgeleefde arbeiders, die geen zwaar werk meer kunnen verrichten”. Nadeel daarvan was wel dat die vaak “kinderen en andere ongeschikte menschen” het werk lieten doen, die vaak veel jong lot vertrappen en beschadigen. Bramen waren toen ook al een plaag. Van Olden adviseert om die gedurende 3 jaar, twee keer ‘s jaars voor zover mogelijk mét de wortels uit te steken. De uitgestoken bramen moesten mèt al de wortels, tot aan de kleinste stukjes toe, uit het bos worden geraapt en na verloop van tijd met enig droog sprokkelhout verbrand worden. Het hakken moest om de 8 – 10 jaar gebeuren. De beste tijd om te hakken was eind november/begin december voordat de zware vorst inviel, ‘teneinde het sterk bloeden en daarmee het sterven der struiken te voorkomen.’ Daarom moest men ook alleen bij wassende maan hakken! (Dat is goed voor alle hout, maar vooral voor berkenhakhout en elzen. Voor eiken maakt dat weer niet zo veel uit…) Erg belangrijk voor de instandhouding van de bossen was het juiste hakproces. Dat moest op juiste wijze met scherpe bijlen en niet met hakmessen gebeuren. “ Het goed hakken van hakhout is, hoe eenvoudig het ook moge schijnen, zodat iedere boerenjongen meent het te verstaan, bij lange na niet eens ieders zaak, en er komen arbeiders genoeg voor, die in alle andere werk uitmunten en toch het goed hakken van hakhout niet in den slag kunnen krijgen.” Van Olden beschrijft vervolgens een nieuw type boomladder, die door 3 man (!)gehanteerd moest worden. Ook geeft hij allerhande adviezen over het snoeien van opgaande bomen. Hij besluit zijn verhaal met de opmerking dat iedereen bij zijn huis aan de brug over de Haarlemmervaart mocht komen kijken wat de resultaten van zijn zorgvuldig bosbeheer waren. En wat het hakken in het Keukenhofbosch betreft: … de geschiedenis herhaalt zich en zal zich nog vele malen herhalen.

Groene eik verplaatst naar de tuinbouwschool


NIEUWSBLAD Jaargang 4 nummer 3, juli 2005

door Selma Smulders

Op vakkundige wijze is in Lisse een prachtige 85 jaar oude groene eik verplaatst. Van deze soort staan er nog maar een paar in Nederland. De gemeente Lisse moest deze boom, die sinds 1920 naast de voormalige Tuinbouwschool stond, verplaatsen omdat de grond bouwrijp moest worden gemaakt voor de nieuwsbouw van de CNB aan de Heereweg.

Het bedrijf Nederhorst uit Gouda, specialisten op het gebied van boomverplaatsing, is bijna twee dagen met de voorbereidingen bezig geweest. De 26 meter hoge groene eik moest ongeveer 30 meter naar de voorkant van de weg verplaatst worden. Met een grote kraan werd de boom, die al uitgegraven was, de lucht in gehe­sen. Vervolgens werd hij met een oplegger naar zijn nieuwe bestem­ming gereden. Daar was al een groot gat gegraven. Gelukkig net op tijd, want vanaf l mei kun je bomen eigenlijk niet meer verplaatsen, zo zei de projectleider van Nederhorst.

Voorzichtig wordt de groene eik in de takels genomen en vervolgens op een oplader verplaatst naar de voorkant van de voormalige Tuinbouwschool

Lisse had al in 1566 een bomenverordening

door R.J. Pex

Nieuwsblad Jaargang 3 nummer 4, oktober 2004

 

‘SCHOUT EN KROOSHEEMRADEN VERKLAREN DE WILLIGE BOOMEN VAN HUYSE DEVER EEN CIERAAD LANGS DEN HEEREWEG’.

Sinds kort heeft Lisse haar bomenverordening. In het verleden waren het de keuren van Rijnland die alles regelden. Wat komen we in het Register op de keuren en ordonnantien van het Hoog-Heemraadschap van Rijnland (Leiden 1823) zoal tegen?

Allereerst worden in de keuren regels gesteld omtrent het planten van bomen op slootkaden. Aan de Zon- of Zuid-Zijde van schouwbare kaden mochten bijvoorbeeld geen bomen geplant worden. Vermoedelijk was deze regel gesteld, aangezien deze bomen anders hun schaduwen zouden werpen op de kaden en dat kon een belemmering vormen bij het schouwen hiervan door Rijnland. Bij zo’n schouw werd onder meer gekeken of de slootkanten wel goed onderhouden werden door de eigenaren. Voor de bomen aan de noordzijde gold slechts dat deze tot zekere hoogte gesnoeid moesten worden.
Ook nabij enige Wind-Watermolens mochten geen bomen geplant worden, waarschijnlijk om een vrije vlucht te garanderen van de wieken.
Wat gold voor de sloten ging ook op voor de wegen binnen het beheersgebied van Rijnland. Langs de wegen – vooral openbare wegen – mochten natuurlijk niet zomaar bomen geplant worden zonder toestemming van het Hoogheemraadschap. Voor de Straatweg tusschen den Haag en Haarlem , tegenwoordig de Rijksstraatweg, Heereweg of ook wel de Hoofdstraat (in Sassenheim) genoemd, gold zelfs een aparte keur, die in 1807 in het leven was geroepen. Het verbood het kappen of planten van bomen waarbij de grond nader geroert werd dan op 20 duim (ongeveer 50 cm) afstand van de kantlage der Straet, dus vanaf de randen van de straat. Trok men zich hier niets van aan, dan was een boete van 25 pond het gevolg. Moest de weg toch worden opgebroken, dan diende men zich te adresseren bij het Departementaal Bestuur van Holland, die (in 1807) als eigenaar en beheerder van de weg optrad. Langs de Heereweg liepen voetpaden, waarlangs in de bermen nogal wat Ruigte, dus onkruid, voorkwam. We lezen: De Ruigte langs de voetpaden zal, vanwege het Departementaal Bestuur, mogen worden geblood (verwijderd), voor zoo verre zulks aan het Plantsoen aldaar, niet schadelijk zij, teneinde op den weg tot dekking te kunnen worden gebruikt. Kennelijk werd dus deze ruigte als wegbedekking gebruikt. Deze nieuwe keur die alleen voor de Heereweg gold, is waarschijnlijk in het leven geroepen, daar in 1807 deze weg werd bestraat.

Minder strukelen
In één van de dingboeken van Lisse die de periode 1681-1699 beslaat en die zich bevindt in het Algemeen Rijksarchief, Rechterlijk Archief Lisse lezen we op fol. 54 de volgende tekst:
Wij Mr. Adriaan van Gorcum, Schout, Claas Maartense van der Poel, Adriaan Aalbertse van den Bos, Willem Adriaanse Steenvoorden, ende Pancras Dammisse Sandvliet, kroosheemraden in Lisse, verklaren ter requisitie van den hoogedelen welgeboren heere Wilhelm de Waal van Vronesteijn, heere van Dever etc. dat de willige boomen bij sijn hoogEd. doen stellen aan’t Voetpad van den heereweg voor den huyse ende Landerijen van dever in den voorsz. ambagte van Lisse in plaatse ende op de Royinge van de palen die de aangelandens aan de Zuydoostzijde van den heereweg tot bewaringe van’t voetpad genootsaakt sijn te houden, na ons oordeel, tot niemands verhinderinge, maar in tegendeel tot Cieraad, ende meerder gemak als palen verstrekken, insonderheijt voor de gene die de weg bij avond moeten passeren, alsoo deselve ’t pad des te beter kunnen royen (begrenzen) ende minder strukelen ende dat de weg ende passage door deselve geensints belemmert of beslijkt word, sijnde aldaar soo ruym ende droog als doorgaans elders tusschen Lisse ende Sassenheim. Aldus gedaen in’t Regthuys van Lisse op den negenden octob. xvi c ’t Negentig….
Ondertekend door bovengenoemden met hun namen.

Voetgangers beschermen
De wilgen werden dus geplaatst langs de oostkant van de Heereweg, aan de Dever-zijde. Ze kwamen in de plaats van palen die daar waren geplaatst om voetgangers te beschermen voor het verkeer. Reeds in 1566 lezen we over de afpaling van een voetpad langs de Heereweg voor eventuele passanten, in het bijzonder de schoolkinderen. Kennelijk gebeurde het echter regelmatig dat sommige nachtelijke passanten de palen niet opmerkten en er dus struikelpartijen plaatsvonden. (Waarschijnlijk waren de palen dus niet zeer hoog). Geen wonder dan ook dat, als de Heer van Dever, Willem de Waal van Vronesteyn, de palen vervangt door wilgen, zowel schout als kroosheemraden er geen enkel bezwaar tegen uiten. In bovengenoemde verklaring kan men dat lezen. Volgens hen strekken de wilgen zelfs tot Cieraad van de weg!
Natuurlijk waren er weer mensen die dachten dat de Heereweg bevuild zou worden door de bladeren van de bomen, maar bovengenoemde personen verklaren dat de Heereweg hier even schoon is als doorgaans elders tusschen Lisse ende Sassenheim. Bovendien belemmeren de bomen de passage ook niet, want de Heereweg is ruym genoeg.
De bomen hebben er uiteindelijk zo’n 74 jaar gestaan. Toen zijn ze tenslotte door de toenmalige Heer van Dever verwijderd en werden er nieuwe geplant: Dirk Jan Ignatius Heereman is op zijn verzoek toegestaan en geconsenteerd dat hij Suppliant alle de Boomen staande langs de Heereweg aant voetpad van de Eerste Poellaan aff tot aen de Brugge van Wassergeest toe (de Staalbrug) mag uytroyen (kappen), de grond omdelven en andere Boomen planten (…). Actum 22 december 1764″.

Bronnen: Bibliotheek Oud Archief Rijnland (keuren), K.J.B. Keuning, Geschiedenis van de wegen tussen Rijn en IJ (Haarlem 2000)

Tekening van Schoemaker