Berichten

Oud Nieuws: DRIE EEUWEN GRUTTERS IN LISSE op de GRACHTWEG en ’t VIERKANT

In de Grachtweg en op ’t Vierkant waren in het verleden meerder grutters aanwezig.  De grutters vermaalde het graan.

door Dirk Floorijp en Alfons Verstraeten

Nieuwsblad 20 nummer 1, 2021

Uit de archieven komt steeds meer informatie tevoorschijn over hoe de samenleving in ons dorp in het verleden functioneerde. Zaken waar we allang geen weet meer van hebben. Wat is een grutterij, wat zijn grutters?

In een grutterij verwerkte men met name boekweit, wat geen graan is, tot boekweitgort en vervolgens tot boekweitmeel. De zaadkorrels werden in de grutmolen of pelmolen gebroken. Ook haver en gerst werden zo verwerkt. Die pelmolen werd vaak aangedreven door paardenkracht, een rosmolen dus. Koren als rogge en tarwe werd gemalen in een windkorenmolen. In de grutterswinkel, ook grutterij genoemd, werden grutterswaren verkocht: houdbaar en houdbaar gemaakt voedsel. Een grutter, later kwam het woord kruidenier daarvoor in zwang, is dus iemand die grutterswaren verkoopt.

Grutterij in Lisse
Aanvankelijk was de grutterij van Lisse gevestigd aan de Gracht, schuin tegenover de korenmolen. Later vinden we de grutterij terug aan ’t Vierkant. Grutter Andries Verduijn ging daar in de jaren zeventig van de 19de eeuw mee met
de vooruitgang. Hij liet de grutterij toen ombouwen tot een stoomgrutterij. Met deze vooruitgang had men geen paard meer nodig. In het begin van de 20ste eeuw is de grutterij uit Lisse verdwenen. In het pand op ’t Vierkant, Heereweg 230, toen bestaand uit twee panden, begon Albert Heijn, de Zaanse grootgrutter, een filiaal. Zijn naam prijkt nog prominent op de gevel. Hoe de grutterij er heeft uitgezien weten we niet. Er werd meestal met twee man gewerkt, vader met een zoon of een knecht en met een paard. De ambachtsheer had vaak het recht op exploitatie en
verpachtte dat. Van de korenmolen ontving hij het recht van wind: 18 stuijvers. Als we nu op het parkeerterrein bij de Haven staan, merken we niets meer van de grote bedrijvigheid van weleer. Een korenmolen in vol bedrijf ongeveer 20 meter ten oosten van de Molenstraat en een eindje verderop westwaarts de grutterij en daar voorbij de Waag, waar de aangevoerde goederen werden gewogen. Verder de marktschippers op Amsterdam en Leiden en zelfs Rotterdam die hun waren afleverden. Ook tal van hoog opgetaste zeilschepen met vlas van de Zuid-Hollandse en Zeeuwse eilanden voor de vlasverwerking in de vele vlasovens in Lisse. De oudste vermelding die duidt op het bestaan van een grutterij stamt uit 1666. Jan Aelbertsz Heemskerck (Lisse, 1605 – Lisse, 1667), telg uit een molenaarsfamilie, is zelf ook molenaar en eigenaar van de korenmolen in Lisse. Tevens beschikt hij over een eest: een droogplaats voor het drogen van grutterswaren. Zoon Aelbert Jansz Heemskerck (–Lisse, 1680) wordt genoemd als gebruiker van de grutters eest.

Aan de Grachtweg
Vanaf die datum vinden we in de archieven een hele reeks grutters terug. De grutter was een belangrijk persoon in de gemeenschap. De eerst genoemde grutter Heemskerck was later ook schepen en burgemeester van Lisse. We komen onder de grutters ook functies tegen als vrederechter, schout en kroosheemraad. Interessant zijn de verkopen van de grutterij. Zo vinden we dat in 1707 de grutterij met twee huizen voor de somma van 1645 gulden gekocht is door grutter Adriaan Uitermeer, maar zonder “het swarte paard met de chese en een koperen roskam en krowage ”. Een goed idee van wat er bij de grutterij komt kijken krijgen we bij de verkoop van de grutterij in 1716 aan grutter Van Leeuwen:

4800 gulden wordt getaxeerd en er voor betaald, alsmede:
drie paarden 700:0:0
een wage met tuijgen en beslagen wielen 160:0:0
een kar met zijn tuijg 80:0:0
een chese met de tuijgen 100:0:0
een paardeslee met het tuijg 40:0:0
de grutsteenen, stoelkuijp, sifthark met sijn bakken 400:0:0
de meelstenen, stoelkuijp,
kaarnbuul met sijn toebehoren 300:0:0
ruim honderd zakken 100:0:0
drie gortzakken, een melk en hoekbank 120:0:0
(bedragen werden weergegeven in gulden : stuiver : cent)

Eind 1810 eindigt de reeks grutters die hun werkterrein aan de Gracht hadden. De gruttersknecht Hijndrik Cornelis Pijnacker koopt dan alleen de grutmolen en het bedrijf wordt elders voortgezet. De twee huizen die tot dan toe steeds tezamen met de grutmolen werden verkocht, komen nu in handen van niet-grutters. In het begin van de 19de eeuw is er geen grutterij meer aan de Grachtweg.

De grutterij aan ’t Vierkant
De gruttersactiviteiten verplaatsen zich in het begin van de 19de eeuw van de Grachtweg naar het Vierkant. Wellicht dat in deze periode het vervoer over land belangrijker begon te worden dan het transport over water? Op de plek, nu Heereweg 228 – 230, naast De Vier Seizoenen, worden de gruttersactiviteiten voortgezet. Ook daar wordt weer een reeks grutters in de archieven genoemd. In 1869 vinden we Andries Verduijn als grutter en eigenaar. Hij laat de grutterij in 1873 ombouwen tot een stoomgrutterij. In 1896 is de grutterij in eigendom van vader Andries Verduijn en zijn oudste zoon Frederik Martin Verduijn. Vanaf 1900 is er sprake van een uitdijend familiebedrijf, naast vader Verduijn en zijn oudste zoon werkt er ook zoon Johan Verduijn als grutter. Bovendien zijn er nog twee neven van de zijde van zijn vrouw: Adrianus Carsjens en Wouter Carsjens, beiden ook grutter. In 1896 was aan de Ringvaart al een maalderij met pakhuis gebouwd. Daar stond het bedrijf tot 1951 bekend als graanmaalderij. Daarna blijft het tot de jaren tachtig een groothandel in levensmiddelen. De zaken waren al eerder gesplitst. In 1926 is Johan Verduijn (Lisse, 1879 – Lisse, 1936 ), getrouwd met Gerarda Margaretha van Parijs (Lisse, 1881 – Leiden, 1937 ), de enige eigenaar van de grutterij aan het Vierkant. Hij laat het pand in 1930 slopen om plaats te maken voor het huidige dubbele (winkel)pand. In 1931 vestigt “grootgrutter“ Albert Heijn er zijn 115de filiaal.

SPOREN VAN GRUTTERS IN LISSE

Grutters werden kruideniers en kruideniers gingen over tot zelfbedieningszaken die later supermarkten werden. De
meeste zijn eens als grutterij begonnen sommigen zijn uitgegroeid tot grote winkelketens zelfs multinationals.
Wie weet nog van de “Kijkgrijp” van Mijnders of het “Snoepje van de Week” van de Gruyter. Je keek er naar uit! Zegt de naam Wesselo u nog iets? Of het enorme gebouw van Verduijn aan de Ringvaart waar nu een nieuwe wijk wordt neergezet. Een beetje nostalgie kan geen kwaad!

De graanmaalderij in 1938. Het vrachtschip wordt geladen of gelost.
Foto: Oud Lisse

Gevelsteen “De Rosmolen” Gruttersteeg te Monickendam

 

Het pand van de Coöp is een gemeentelijk monument

Het pand van de honderdjarige  COOP op de hoek van de Kanaalstraat en Kapelstraat is gebouwd in 1929. Het gebouw wordt beschreven.

Sporen van vroeger   (Lisser Nieuws)                                              

20 november 2018

door Nico Groen

In een vorige column van Sporen van Vroeger ging het over de oprichting op 27 september 1918 van de Coöperatieve Verbruiksvereniging “Onderling Belang door Steun verkregen”. Dit jaar dus 100 jaar geleden. Men begon in een klein winkeltje (waar nu Roobol zit) aan de Kapelstraat. Later werd dit uitgebreid  met een groot pand van 1200 m2  op de hoek van de Kapelstraat met de Kanaalstraat, waar nu opticien Bril Jan’t is gevestigd (Kapelstraat 2).

Dit laatste pand is gebouwd in 1929. De winkel met bovengelegen woonhuis is een gaaf voorbeeld van de architectuur uit die tijd. Architect C.W. Barnhoorn uit Lisse ontwierp dit pand in de stijl van de Amsterdamse School. Naast het winkelpand stond in de Kapelstraat oorspronkelijk de woning van de bedrijfsleider. Dit pand is in 1969 gesloopt. Daar wordt nu gebouwd om er bovenwoningen te realiseren.

Het hoekpand heeft een rechthoekige plattegrond en bestaat uit twee bouwlagen onder een samengesteld schilddak. Dat is een daktype dat wordt gevormd door twee driehoekige dakvlakken aan de korte kant en twee trapeziumvormige dakvlakken aan de lange kant van het gebouw. De muren van het noordelijk gedeelte (aan de Kanaalstraat) zijn iets hoger opgemetseld, waardoor de vensteropeningen in het hogere muurvlak op de 1e verdieping groter zijn. Het dak is hier ook hoger. Dat is ook de reden, dat het een samengesteld schilddak wordt genoemd. Het zijn eigenlijk twee daken.
De gevels zijn opgebouwd uit rode baksteen in kettingverband. De vensteropeningen op de begane grond worden omlijst door bakstenen pilaren voorzien van decoratief metselwerk. Deze zijn aan de bovenkant afgesloten door natuurstenen ornamenten. Een horizontale doorlopende, ronde latei boven de vensteropeningen verbindt het geheel met elkaar.

Er waren 3 winkels in het pand

Rechts in de kopgevel aan de Kanaalstraat is de toegang tot de bovenwoning (Kanaalstraat 56). In de afgeschuinde hoek bevindt zich de entree met een deuromlijsting van betonnen blokken. Vroeger was er aan de kant van de Kapelstraat een portiek met 2 haaks op elkaar staande deuren. Op de foto is het portiek te zien. Links was de deur naar conservenafdeling en rechts naar de kruidenierswinkel. Er waren  oorspronkelijk dus 3 winkels in het pand. Aan de kant van de Kanaalstraat verkocht men manufacturen. In 1959 is het portiek vervangen door een raam en werd het geheel één kruidenierszaak. De verkoop van manufacturen verhuisde toen naar Kapelstraat 6, waar nu Roobol zit. In 2006 stopte de Coöp met de verkoop van alles.

Nieuwe website van de VOL 

Bovenstaande gegevens komen voor een deel van de nieuwe website van de VOL: www:oudlisse.nl. Bij aanklikken van het hoofdstuk Monumenten  vindt u bij de gemeentelijke monumenten o.a uitleg over Kanaalstraat 56. Op de website staat bij het hoofdstuk Nieuws ook een uitnodiging voor een lezing voor vanavond, 20 november om 20.00 uur over archeologisch onderzoek in de Bollenstreek, met nadruk op Lisse.

Het pand uit 1929, daarachter het huis van de beheerder met daarachter het eerste winkeltje. Foto: OudLisse.nl

Winkelcoöperatie 100 jaar geleden opgericht

Sporen van vroeger  (Lisser Nieuws)                                                           

6 november  2018

door Nico Groen

Op 27 september 1918 werd officieel de Coöperatieve Verbruiksvereniging “Onderling Belang door Steun verkregen” opgericht. Dit jaar dus 100 jaar geleden. Het was net voor de afloop van de Eerste Wereldoorlog. Er was armoede, honger en weinig  beschikbaar voor de eerste levensbehoeften. Er werden die jaren heel veel coöperaties in het leven geroepen om gezamenlijke voordelen te behalen. Het was een katholieke coöperatie. Men begon in een klein winkeltje (waar nu Roobol staat) aan de Kapelstraat. Later werd dit uitgebreid tot totaal 1200 m2  met een groot pand op de hoek van de Kapelstraat met de Kanaalstraat, waar nu opticien Bril Jan’t is gevestigd. Dit gebouw is in 1929 gerealiseerd in de stijl van de Amsterdamse School. C.W. Barnhoorn was de architect. Het is nu een gemeentelijk monument.

Voor arbeidersgezinnen

Zo’n verbruikscoöperatie was vooral bedoeld voor arbeidersgezinnen. Voor een paar gulden konden katholieke arbeiders lid worden. Dat bedrag hoefde niet in één keer te worden betaald. Door in termijnen te betalen kon ieder arbeidersgezin lid worden. Omdat het een coöperatie was werd de winst als dividend uitbetaald. De winkel bewaarde alle bonnetjes. Aan het einde van het jaar kregen de leden over het totaal van de bonnetjes een paar procent dividend.

De grote bloeiperiode van de Coöp, zoals de coöperatieve vereniging genoemd werd, lag in de vijftiger en zestiger jaren van de vorige eeuw. In die tijd leefde het coöperatief denken nog volop en waren de zuilen ook nog volop aanwezig in het dagelijks leven. Zo was er aan de Heereweg ook een protestante verbruikerscoöperatie, die ‘Ons Belang’ heette.

De RK Coöp begon met een kruidenierswinkel. Al gauw werd dit uitgebreid met een  manufacturenhandel. Daarna kwam er een bakkerij, een steenkolenhandel en een meubelhandel bij. In de hoogtijdagen telde de Coöp (Onderling Belang) 1900 leden. Vrijwel alle katholieke arbeiders in Lisse waren lid.

In de jaren zestig hechtte men  meer aan individualisme en de verzuiling werd  minder. De winkels van Onderling Belang gingen onvoldoende met hun tijd mee. De gebouwen waren daar ook niet echt geschikt voor. Er waren steeds minder leden, ook door het overlijden van trouwe leden. De meubelzaak en de cooking-winkel hielden het het langst vol. In 2006 sloten de winkels echter hun deuren.

Subsidie van voorheen de Coöp

Daarmee was het echter niet afgelopen. Als steunfonds werd de ‘Stichting voorheen Coöp Onderling Belang’ opgericht. Dit werd gedaan om in de geest van de oprichters in 1918 voor de Lissese gemeenschap iets te betekenen. De netto huuropbrengsten komen in het steunfonds terecht. Dit geld is beschikbaar als subsidie voor doelen met algemeen belang voor Lisse, zoals bijvoorbeeld het Oranje-Comité en het Comité Open Monumentendag. De VOL kreeg voor het maken van het boek ‘Wandel en Fietsroutes langs bomen in Lisse’ ook subsidie. Dit boek is nog steeds verkrijgbaar bij de VOL.

 

Het voormalig pand van de Coöp is een gemeentelijk monument. Foto: BeeldbankLisse.nl

 

 

“HOLLAND’S GLORIE” 1949 LISSE: Lissese middenstandsshow werd groot succes

De middenstandsbeurs ‘Hollands Glorie’ was in 1949 de eerste na de oorlog. De problemen rond de organisatie komen aan de orde.

Door Arie in ‘t Veld

Nieuwsblad Jaargang 17 nummer 2 Lente 2018

De in 1949 gehouden middenstandsbeurs “Holland’s Glorie” was de eerste grote naoorlogse beurs op dit gebied, maar kreeg bij de introductie niet direct de aanhang die men verwachtte. Met name de gemeente liet het in eerste instantie afweten en weigerde subsidie te verlenen. In de raadsvergadering van februari 1949 die maar liefst 32 agendapunten had en tot ’s nachts half een duurde, kwam de beurs ter sprake.

De man met de verfspuit is Nick Bemelman en ook weer niet, het is een “billboard Bemelman”. Vader Jan Bemelman schilderde ook nog in zijn vrije tijd. Aan de wand zie je een paar van zijn nageschilderde werken van grote meesters hangen.

Het Comité voor de Tentoonstelling van Handel, Industrie en Ambacht had het gemeentebestuur verzocht bij een eventueel nadelig saldo de vermakelijkheidsbelasting die men van de entrees verschuldigd is terug te ontvangen tot een maximum van de betaalde belasting. De correspondent van Ons Weekblad meldt vervolgens dat raadslid Randsdorp hier wel iets over wilde zeggen. “Hij begint met wat geschiedenis. Voor de oorlog waren er in Lisse drie middenstandsverenigingen, namelijk de Hanze; de Christelijke Middenstandsvereniging en de Koninklijke. Deze drie hadden in “Lisse Vooruit” een comité van actie. Na de oorlog is alleen de Hanze weer aan het werk gegaan. Ook toen is weer een comité “Lisse Vooruit” opgericht in samenwerking met Hanzeleden.

Sport en roken was toen nog een prima combinatie.

Dit comité zou voor eventuele acties zorgen. De heren hebben hun mandaat nooit teruggegeven maar zijn buiten “Lisse Vooruit” om, op eigen houtje een nieuwe actie begonnen, en wel die aangekondigde tentoonstelling. Die actie is op zich goed aldus Randsdorp maar de kleine man wordt uitgesloten doordat een waarborgsom van ƒ 250,- wordt gevraagd. De traditie wordt vertrapt. Er wordt geen rekening gehouden met het bestaande organisatorische verband. En daarom wilde Randsdorp de gevraagde subsidie niet verlenen. Raadslid Blitterswijk wil er ook niet aan, zo vertelt Ons Weekblad verder. Honderd gulden zou in zijn ogen als waarborgsom wel voldoende zijn geweest.

Mr. W. H. J. M. Lambooy pleitbezorger

Kantoorboekhandel met het snufje onder de tekstverwerkers en calculators: iets groter dan zakformaat en niet te tillen.
Mijnders

Burgemeester Lambooy verbaasde zich vervolgens over die eis van ƒ 250,- waarborgsom voor elke deelnemer. Dat was hem niet bekend. Ook de hr. Van Leeuwen had daar niets van gehoord, hij had nog wel zijn licht opgestoken bij een der kopstukken van het tentoonstellingscomité. Deze had hem bovendien verzekerd dat het conflict met de Hanze al was opgelost. Echter: “Geen kwestie van” zei Randsdorp, waarop Van Leeuwen (volgens de krant) uit z’n slof schoot en heftig verklaarde niet voor leugenaar gezet te willen worden. De burgemeester vond echter dat al dat gekrakeel de raad niet behoefde te interesseren. Hier geldt alleen wie kan er mee doen en hoe. De burgemeester stelt voor om als suggestie van de raad aan het comité voor te stellen dat de kleinere ondernemers zich kunnen combineren en per ƒ 250,- een stem zullen krijgen.

Mijnders van de “Kijkgrijp” had zijn artikelen prachtig uitgestald. Alle standhouders hadden er echt wat moois van gemaakt.

De burgemeester kreeg echter nauwelijks bijval vanuit de gemeenteraad. De hr. Randsdorp blijft er op hameren dat het georganiseerd overleg in de hoek getrapt is. De heren wensen dat niet en moet nu de raad aan zoiets meewerken? Maar de reclame op zichzelf zei Randsdorp wel goed te vinden. De raadsleden Koning en Van Kesteren vallen Randsdorp bij. Vervolgens golft het debat over en weer maar veel steun voor zijn voorstel kan de burgemeester niet vinden. Heel nuchter vraagt raadslid Romein terloops wat bij een tekort het eerst aan de beurt komt: het Garantiefonds of de teruggave van de vermakelijkheidsbelasting. Garantieefonds natuurlijk zegt de burgemeester daar op. Maar, zo meent de hr. De Koning dat zal waarschijnlijk niet de bedoeling zijn.

Foto Koning maakte alle foto’s

Volgens Ons Weekblad probeert de burgemeester nog eens de leden van de raad over te halen het voorstel goed te keuren met het beding dat eerst het Garantiefonds zal moeten worden aangesproken en dat de kleinere deelnemers per ƒ 250,- een stem zullen hebben. Maar neen, de raad laat zich niet overhalen. De hr. Blitterswijk dringt erop aan dat het voorstel wordt teruggenomen voor nader beraad. Dat gebeurt tenslotte, maar pas nadat de burgemeester met stemverheffing heeft gezegd dat hij het jammer vindt dat aan die flinke initiatiefnemers de steun waarop zij recht hebben wordt onthouden. In de volgende raadsvergadering bleek dat er meer duidelijkheid was geschapen. De burgemeester verwoordde het alzo: “De club van actieve winkeliers en de Katholieke Middenstandsvereniging hebben overeenstemming bereikt. Van de Hanze zullen twee leden in het werkcomité zitting nemen.” De raad had vervolgens geen bedenkingen tegen het verlenen van een garantiesubsidie.

Aan de slag met “HOLLAND’S GLORIE” 1949 LISSE

De machinerie draaide als een tierelier en op vrijdagmiddag 13 maart werd de tentoonstelling geopend. Burgemeester Lambooy sprak zijn bewondering uit voor wat er tot stand was gebracht. Van tekeningen tot de werkelijke uitvoering. “Naarmate uw plannen vorm kregen werd ik door uw enthousiasme gegrepen. Vooral toen ook nog bleek dat de Lissese middenstand snel en fel reageerde op de publicaties door gretig de mogelijkheid tot inschrijven aan te grijpen.” De burgemeester constateerde tevens dat in het voortraject al spoedig bleek dat het gedachte tentoonstellingsoppervlak te gering was en men tot aanmerkelijke uitbreiding diende over te gaan. “Zodat u thans 4000 vierkante meter ter beschikking heeft, hetgeen u maanden geleden alleen maar in uw schoonste luchtkastelen durfde dromen. Een prachtig initiatief van de middenstand uit een plaats van 11.000 inwoners, ontstaan door samenbundeling van krachten.” De hr. W. Tissing, voorzitter van de “Vereniging Actieve winkeliers” richtte zich in een kort woord tot beide voorgaande sprekers die van meet af aan veel belangstelling voor het project aan de dag hadden gelegd. “En dank ook aan de directie van Hobaho voor de belangeloze medewerking en dank aan de gemeente voor de ondervonden steun, mede in de vorm van de gegeven garantie.” Vervolgens kregen de genodigden een rondwandeling door wat de krant het Zaken station van Lisse noemde. De correspondent constateerde dat er kennelijk nauwelijks genoeg ruimte was om elke standhouder onder te brengen en op alle gebied er snufjes aanwezig waren om het publiek ervan te overtuigen dat men niet naar de stad hoeft te gaan om inkopen te doen. “En dat alles is zodanig uitgestald dat u de lust bekruipt om te kopen wat al zo lang op het verlanglijstje staat. Van de mooiste auto, wasmachine of radio tot de kleinste artikelen als uit de textielbranche kan men hier terecht. En krijgt men tijdens de rondwandeling trek dan is er ruimschoots gelegenheid om wat te gebruiken. De banketbakkers en consumptiebedrijven plus de Theetuin zorgen met hun beste producten voor de maag,” aldus Ons Weekblad waarvan de redactie het ondoenlijk vond om alle 63 deelnemers te benoemen. “Komt zelf. Het is de moeite waard!”

Publiekstrekker en voor herhaling vatbaar!

En het publiek kwam. In groten getale. Een dikke week later (25 maart 1949) meldde Ons Weekblad dat al 20.000 bezoekers waren geteld. Uiteindelijk werden dat er zo rond de 25.000. En men kwam van heinde en verre. “De bussen zitten vooral tegen de avond tjokvol met bezoekers. Na het uitstappen hoeven ze niet te zoeken waar de tentoonstelling is, want de lichtlijn wijst de weg. De enorme ingang met het schitterende licht ornament en de gekleurde fonteinen vormen een indrukwekkende entree.” De krant tekende ook op dat de standhouders dik tevreden waren. “We hebben met sommigen een praatje gemaakt en de uitkomst daarvan is: tevredenheid. Niet alleen enthousiast over het aantal bezoekers dat boven alle verwachtingen is, maar ook over de relaties welke konden worden aangeknoopt.” Een der thuisblijvers zei eerlijk, “Ik kan mij de haren wel uit het hoofd trekken dat ik niet meegedaan heb.” Wij zouden zeggen een volgend keer beter. Reeds nu bereikten het Comité Actieve Winkeliers van verschillende grote firma’s het verzoek een volgend keer vooral mee te mogen doen. Dat belooft wat voor een volgend keer!” Aldus Ons Weekblad.■

Bron

Dank aan Truus Hagen voor het fotoalbum met alle stands

De gebruikte foto’s zijn allemaal gemaakt door Foto Koning

Met deze foto krijg je een aardig beeld van wat er zo’n 70 jaren geleden rond reed, deze auto’s waren ook eens modern.

ONTWIKKELINGEN ROND PLAN ‘DE ZON’

De chronologische  ontwikkelingen van de plannen rondom magazijn ‘De Zon wordt beschreven.

Sporen van vroeger (Lisser Nieuws)

13 maart 2018

door Nico Groen 

Magazijn ‘De Zon’ op de hoek van de Kanaalstraat (nr 33) en de Van der Veldstraat (nr 2) was vroeger de winkel van Tissing, later van Herenmode Ruud Slot en daarna van Herenmode Schulte. Het pand staat al enige jaren leeg. Het is een gemeentelijk monument.
In het herfstnummer 2017 van het Nieuwsblad van de Cultuur-Historische Vereniging “Oud Lisse” staan de ontwikkelingen rondom dit pand in chronologische volgorde vermeld. Dit staat bij de rubriek Nieuwsflitsen. Hieronder volgt een uitgebreide samenvatting van deze Nieuwsflits.

Door de initiatiefnemer Blokhuis B.V. is op 29 januari 2015 een bestemmingsplanwijziging met bijbehorende omgevingsvergunning voor de bouw van acht nieuwe woonappartementen op deze locatie aangevraagd. Ook de functie van warenhuis verandert hiermee.
Tegen de wijziging is echter door de omwonenden en door Vereniging Oud Lisse beroep aangetekend, waarop de Raad van State op 30 december 2015 heeft gereageerd met de vernietiging van het voorgestelde bestemmingsplan ‘Kanaalstraat 33’ met bijbehorende omgevingsvergunning. Uit het onderzoek van prof. ir. W. Patijn zijn een aantal knelpunten naar voren gekomen. In april 2017 zijn deze toegelicht in de Raadscommissie van Lisse. Een van de punten betreft het feit dat de monumentenstatus door de schaalvergroting aan de achterzijde te weinig wordt gerespecteerd. Ook de schaalverschillen tussen de nieuwbouw op de bestaande laagbouw en de lage bebouwing in de Van der Veldstraat zijn discutabel. Patijn constateerde dat het aantal parkeerplekken onvoldoende was en dat de geplande liftschaft een aantasting van het gemeentelijk monument was.

In het kort samengevat moet het gebouw voldoen aan het straatbeeld, met een subtieler aansluiting op het omliggend stedelijk weefsel, waarbij de monumentale waarde van het gebouw gewaarborgd blijft. In 2017 heeft de heer Patijn gesprekken gevoerd met de initiatiefnemer Blokhuis B.V. en belanghebbenden over het voortzetten en de ontwikkeling van de plannen. De initiatiefnemer wil wel iets doen maar heeft geen haast. Daarom heeft Gemeente Lisse in overleg met Blokhuis B.V zelf in 2017 het Werkboek ’Kanaalstraat 33’ opgesteld m.b.v. eerder gedaan historisch onderzoek door Rob Pex, gepubliceerd in het Nieuwsblad van de VOL, en de gebeurtenissen in de afgelopen jaren. Op 5 oktober 2017 heeft gemeenteambtenaar Maarten Bosman dit  Werkboek ‘Kanaalstraat 33’ besproken met de Monumentencommissie. De heer Bosman vroeg de Monumentencommissie om advies voor de plaatsing van de liftschacht van de nieuwbouw naar het monumentale pand. Ook de locatie van de mogelijke buitenruimte aan de Kanaalstraat bij het appartement op de eerste verdieping kwam aan de orde.
Voor de kwaliteit van woningen is het gewenst om een buitenruimte te maken. Het is echter niet verplicht. De Monumentencommissie  kon zich een liftschacht in het monument wel voorstellen, maar de schacht mag  de gevel in de steeg niet raken. Ook kan de commissie zich voorstellen dat aan de Kanaalstraatzijde van het gebouw een buitenruimte op de eerste verdieping mogelijk is, maar wel op een manier die past bij de architectuur van de gevel. De kracht van het gebouw zit namelijk in de gesloten baksteengevelarchitectuur en is daarmee een mooi voorbeeld van deze bouwstijl uit de vooroorlogse periode.
Het advies van de Monumentencommissie zal worden besproken met de initiatiefnemer Blokhuis B.V. t.b.v. de uitwerking van het plan.
Bovenstaande is een goed voorbeeld van het functioneren van de Vereniging Oud Lisse voor het verdedigen van de belangen van monumentale gebouwen en van omwonenden. Dit kan alleen als er veel mensen lid van de Vereniging zijn.

Het vroegere magazijn ‘De Zon’, de winkel van Tissing, is een gemeentelijk monument. Foto: Nico Groen

VLEESWARENFABRIEK PERSOON 100 JAAR

Het 100-jarig bestaan van Vleeswarenfabriek Persoon is een goede gelegenheid om de geschiedenis van het bedrijf eens voor het voetlicht te halen.

Sporen van vroeger (Lisser Nieuws) 

30 januari 2018

door Nico Groen 

In 1917 begon Leo Persoon (1894-1956) uit Monster een eigen slagerij in Lisse. Dat was het begin van wat later een van de grootste bedrijven van Lisse zou worden.
De slagerij werd in 1917 gevestigd in het pand van toen Heereweg 166. Later is het huisnummer veranderd in 194. Het werd hier al gauw te klein. Daarom werd in 1925 het gebouw gesloopt. Er herrees een dubbel woonwinkelpand met daarachter een slagerij. De eerste steen werd op 12 maart 1925 gelegd door Helena Persoon, toen 6 jaar oud. Op Heereweg 194 is nu Ristorante Italiano Il Mulino gevestigd.

De slagerij werd op een gegeven moment weer te klein. Bovendien moest aan nieuwe wettelijke regels worden voldaan. Daarom werd in 1931 door bouwbedrijf Schuit uit hillegom een nieuwe vleeswarenfabriek gebouwd aan de Grachtweg op de huidige locatie in wat toen buitengebied van Lisse was. De verhuizing van de slagerij was maar goed ook, want de slagerij op de Heereweg gaf veel stankoverlast voor de buren en regelmatig verstopping van het riool door ophoping van vet. In de buurt was ook een schillenboer gevestigd. Dat waren dus ideale omstandigheden voor ratten. Er werden daar dan ook veel ratten gevangen. Daarom werd het buurtje ’t Rottenest genoemd.
Vleeswarenfabriek Persoon werd grossier voor slagers in West-Nederland. Langzamerhand groeide het aantal slagerijen als afnemer van de vleeswarenfabriek van Persoon. In 1940 werd het pand voor de eerste keer verbouwd en vergroot. Dit werd gerealiseerd door het timmer- en aanneembedrijf Th v.d. Hoorn en zonen.
Begin jaren vijftig van de vorige eeuw legde Persoon zich steeds meer toe op de export naar vooral Engeland. Het assortiment bestond voor een groot deel uit leverpastei, ham en gehaktballen, allemaal in blik. Het bedrijf heette toen L.J. Persoon, Vleeshouwerij en Spekslagerij.
In 1956 overleed Leo Persoon en werd opgevolgd door zijn zoon, die ook Leo heette en geboren was in 1930. Rond 1958 werd het allemaal weer te klein en moest het bedrijf aan scherpere regels voldoen. Er werd weer nieuwbouw gepleegd op de huidige locatie aan de Grachtweg. De Gladiolenstraat en de brug over de Gracht waren net een paar jaar klaar. Tussen de Grachtweg en de Gladiolenstraat werd de nieuwbouw gerealiseerd. In die jaren slachtte het bedrijf nog steeds zelf. Dat bleef zo tot eind jaren zeventig. Toen werd het slachten afgestoten en de slagerij verkocht aan de Vleeschmeesters. Dat was maar goed ook, want de omwonenden klaagden steen en been over stankoverlast van rottend vlees in de open afvalbakken en meeuwen die met restafval de lucht in gingen. Het bedrijf zelf concentreerde zich steeds meer op de fabricage van bacon.
In 1965 kwam een eerste uitbreiding. Later volgden er nog diverse uitbreidingen tot de grootte, die het bedrijf nu heeft. In 1992 overleed Leo Persoon. Zijn zoon Leo nam zijn taken over en werd algemeen directeur. Daarmee staat de derde generatie Leo Persoon aan het roer.

In het Winternummer 2018 , het nieuwsblad van de Cultuur Historische Vereniging “Oud Lisse” dat eerdaags uitkomt, staat een uitgebreid artikel over het 100-jarig bestaan van Vleeswarenfabriek Persoon.

Een van de uitbreidingen van de fabriek. Foto: Arie in ‘t Veld

NA 90 JAAR IS ‘DE VLINDER’ GESTOPT

Bernard van Stijn kocht in 1926 de winkels, waar nu ‘De Vlinder’ zit. de geschiedenis wordt beschreven.

Sporen van vroeger (Lisser Nieuws)

16 januari 2018

door Nico Groen 

Lisse is één van zijn meest markante winkeltjes aan de Kanaalstraat kwijt. De eigenaresse, Ria van Grimbergen-van Stijn van de Verlichting- en Kadoshop De Vlinder heeft al meer dan een jaar geleden vanwege haar leeftijd besloten om te stoppen met de winkel. Dat is nu dus werkelijkheid geworden. Dat zullen heel wat Lissers ervaren met nostalgische gevoelens. Wie heeft er niet in zijn kinderjaren voor de etalage gestaan om het treintje rondjes te zien rijden? Dit is een goede gelegenheid om eens naar de geschiedenis van het vele malen verbouwde pand te kijken.

Bernard van Stijn (1867-1944) heeft in 1926 de woningen Kanaalstraat 47 en 49 gekocht van R. G. Smakman. Het waren 2 woningen van een rijtje van 10 (Kanaalstraat 47 t/m 65). De huisjes zonder bovenverdieping, maar wel met een zolder, hadden gezamenlijk een pannendak evenwijdig aan de Kanaalstraat. Zij zijn in 1898 gebouwd in opdracht van Albert en Bram Moolenaar.
Na de koop in 1926 werden aan de achterkant een serre, een wc en een washok aangebouwd. In 1928, nu dus 90 jaar geleden, werden de 2 panden (nr. 47 en 49) samengevoegd. In de voorgevel van nr. 47 werd een winkelpui gezet met 2 etalages en een deur in het midden. Op nr. 49 woonde de familie van Stijn. Bernard was de uitvinder van de eerste machinale sorteermachine voor bloembollen, die de Vlinder heette. Het bedrijf en de winkel zijn daar naar vernoemd. In 1936 werd het woongedeelte te klein. Het werd verbouwd en aan de achterkant werd de gevel verhoogd. Twee jaar later neemt zijn zoon Harrie (1903-2000) de winkel en het woongedeelte over. Na de oorlog werd het woongedeelte opnieuw verbouwd en kreeg ook dit gedeelte een winkelpui. Daar was toen Machinefabriek De Vlinder, Landbouwwerktuigen en Elektronische Reparatie-inrichting van Harrie van Stijn gevestigd.

Tijdens de 2e wereldoorlog was de groentecentrale van N. Nederstigt in nr. 47 gevestigd. Ook na de oorlog was hier nog een groentehandel te vinden. Deze was van A. van der Slot. In 1952 kocht Van Stijn het naastgelegen pand nr. 51 aan. Dit was ook een winkel, die na aankoop door Van Stijn verhuurd werd.
In 1958 werd de winkel van nr. 47 verbouwd met een verhoogde achtergevel. De winkel heette toen officieel Electro-Technisch Bureau De Vlinder.

In 1977 werd over de hele lengte van nr. 47, 49 en 51 een moderne winkelpui geplaatst. Nr. 51 had en heeft echter nog het oude dak. Daarom werd vóór het dak een nepgevel aangebracht. De winkel op nr. 47 en 49 heette toen al Verlichting- en Kadoshop De Vlinder en werd gerund door Maria, de vrouw van Harrie van Stijn. Rond die tijd is de winkel door Ria Grimbergen-van Stijn van haar moeder overgenomen. In de winkel op nr. 51 kwam later Van Best Schoenen ’Best Shoes’ en daarna dierenspeciaalzaak Discus Lisse, die nu dus de winkel van De Vlinder bij zijn zaak gaat betrekken.
 
Www:beeldbankLisse.nl
Veel van bovenstaande is ontleend aan website BeeldbankLisse.nl. Dit is een samenwerkingsverband van de gemeente Lisse, foto Mieloo en de VOL. Deze website geeft veel informatie en foto’s over panden en zijn bewoners. Iemand die iets wil weten over een bepaald pand in Lisse en zijn bewoners door de tijd kan hier goed terecht.

De 10 huisjes op een rij, gebouwd in 1898. De voorste 2 kocht Van Stijn in 1926. Foto: Beeldbank Lisse.nl

NIEUWE PLANNEN VOOR GEMEENTELIJK MONUMENT ‘DE ZON’ NODIG

Op 13 april 2017 zijn de verdere plannen rond het vroegere ‘Warenhuis De Zon’, Kanaalstraat 33, in de commissie Ruimte en Infrastructuur van de gemeente Lisse uit de doeken gedaan om aan de bezwaren tegemoet te komen.

Sporen van vroeger (Lisser Nieuws)

16 mei 2017

door Nico Groen 

Dit heeft u in het Lisser Nieuws kunnen lezen. De Raad van State had namelijk het bestemmingsplan en de omgevingsvergunning, die de gemeente Lisse had vastgesteld, vernietigd. Dit, omdat onder andere de Cultuur-Historische Vereniging “Oud Lisse” met succes beroep had aangetekend bij de Raad van State.
 
Bezwaren van de VOL
Naar de mening van de VOL was het geplande bijna 13 meter hoge liftgebouw pal naast Kanaalstraat 33, dat een gemeentelijk monument is,  een aantasting van de monumentwaardigheid van dit pand. Ook de derde bouwlaag van de nieuwbouw pal tegen de noordgevel  is een aantasting van de monumentale waarde. Ook waren er juridische bezwaren.
“Het gebouw is een gaaf voorbeeld van de bouwstijl van de dertiger jaren van de vorige eeuw” is de conclusie bij dit gebouw, zoals vermeld op de gemeentelijke monumentenlijst. De architect was L. Tol jr. uit Lisse en het is gebouwd in opdracht van de familie Tissing in 1938. Het heette ‘Warenhuis de Zon’, net als de winkel die hiervoor op deze plaats stond, ook van de familie Tissing. De nieuwe winkel werd echter nog eens zo groot als de oude. Tissing had meer ruimte nodig voor de manufacturenwinkel (textiel).
Het is een rechthoekig gebouw geworden met op de eerste verdieping kleine raampartijen. De gevels zijn opgemetseld in gele baksteen in zogenaamd kettingverband. Het meest prominent is een afgeschuinde hoek op de hoek met de Van der Veldstraat, die tot de zolderverdieping doorloopt en in de vorm van een stompe toren eindigt. Deze hoek wordt op de eerste en zolderverdieping geaccentueerd door pilasters van rode baksteen aan de zijkanten. Deze pilasters worden ondersteund en afgedekt met vierkante betonplaten. Op de eerste verdieping langs de Van der Veldstraat worden de rechthoekige vensteropeningen door een latei en baksteenbanden omsloten. Deze baksteenbanden zijn aan de kant van de Kanaalstraat weggelaten. Daarom zijn de vensteropeningen hier groter.
De gevels worden afgesloten door ver uitstekende houten, zogenaamde bakgoten. Alle vensters op de eerste verdieping zijn van staal met roedeverdeling in verschillende afmetingen. Het pand heeft een afgeknot schilddak, gedekt met tuile du Nord pannen. Er zijn 8 kleine dakkapellen onder een overstekend plat dak.
De etalagevensters op de begane grond zijn in de loop van de tijd vernieuwd. Toen zijn ook de oorspronkelijke bovenlichten afgedekt.

Hoe nu verder?
Prof Ir. Wytze Patijn heeft op verzoek van B&W na de vernietiging van de omgevingsvergunning gesprekken gevoerd met alle belanghebbenden, waaronder de VOL. Hij kwam tot de conclusie dat er wel mogelijkheden liggen tot een compromis tussen de verschillende partijen. De gemeente Lisse heeft hem daarom aangesteld als onafhankelijke  mediator om de gesprekken te begeleiden. Hopelijk komt er een plan, waarbij het gemeentelijk monument goed tot zijn recht komt. De VOL hoopt ook, dat de oorspronkelijke ramen op de benedenverdieping weer geheel of gedeeltelijk in ere worden hersteld.

De bakstenen banden om de westelijke ramen zijn goed te zien, evenals de rode pilasters langs de schuine hoek. Foto: Nico Groen

Heereweg 211 – voorheen Pastorie Hervormde Kerk

Na de functie als pastorie was het gebouw in gebruik als tandartspraktijk. Anno 2018 kunstwinkel.  Het gebouw staat bekend onder de naam De Oude Pastorie, Grachtweg 2.

Kadaster: D-6208. Bouwjaar: 1876.

De oude pastorie isnu een antiek winkel

 

De Oude Pastorie

Voor DSL beschrijving klik hier: Grachtweg_2

 

Heereweg 137 en 139 Woonhuizen met winkels

Symmetrisch ingedeelde voorgevel met geveltrapjes. Stijlvolle detaillering.

Kadaster: D-7771 en D-3289. Bouwjaar: ca. 1910.

De rechter woning heeft nu niet meer dezefde voorgevel

Het dubbel woonhuis was oorspronkelijk symmetrisch van vorm

Voor DSL beschrijving klik hier: Heereweg_137-139