DE KLAPWAKER, 1815: De rommeling. (50)
Door Alfons Hulkenberg
Overgenomen uit “Lisse: De Rommeling” uit 1981. Repro-Holland B.V. Alphen aan de Rijn
Instructie waarnaar de Klapwaker zich zal hebben te gedragen.
Artikel 1. De Klapwaker zal zijn wacht beginnen van Primo Mey tot Ultimo September des Avonds ten Elf Uren en eindigen na den gang van Vier Uren te hebben afgelopen, en van Primo October tot Ultimo April des Avonds ten Tien Uren en eindigen na afloop van den gang van Vijf Uren des Mergens.
Artic. 2. Dezelve zal gehouden zijn Uur voor Uur den dorpe rond te gaan, te beginnen aan de Huizinge n° 2 langs de Grachtweg tot aan de Koornmolen, de Ca-pelsteeg voorlangs, de Halfwegsche steeg tot aan de laatste Huizinge toe en eindigen voorbij N° 200. (De Halfwegsche steeg is de huidige Berkhoutlaan.)
Artic. 3. Dezelve zal bij ieder Uur de Klap Twee maal slaan en de tijd van de Nacht duidelijk en overluid Roepen.
Artic. 4. Dezelve zal in geenen deelen vermogen in den tusschentijd van deszelfs Nachtgangen iemand te geleiden naar de Schuit op Halfweg of af te halen van de Schuit op Halfweg.
Artic. 5. Dezelven zal gehouden zijn bij zijn Ronde, iets ontdekkende ’t welk de publieke veiligheid is stoorende, daar van dadelijk kennisse te geven aan den Heer Vreede-Rechter van dit Canton, en bij deszelfs afwezigheid, ziekte of anderzints aan den President van het Plaatselijk Bestuur dezer Gemeente, of aan diegeene welke deszelfs plaats vervangd.
Artic. 6. Dezelve zal gehouden zijn goede toezicht te neemen over de Eigendommen der Ingezetenen, of er ook hier of daar ongemak van Brand als andersints is, alsmede of de Huizinge behoorlijk zijn gesloten, en ook of er door de Ingezetenen iets is buiten gelaten geworden.
Artic. 7. Dezelve zal eenig ongemak van Brand ontdekkende, dadelijk den Klap moeten verkeerd slaan en ter stond kennisse geven aan de President van het Plaatselijk Bestuur, of diegenen welke deszelfs plaats vervangd dezer Gemeente, alsmede aan de Opzienders der Brandspuiten.
Artic. 8. Dezelve zal toezien dat door niemand in de Nacht eenige Meubilen of iets dergelijks werde vervoerd, alsmede met geen Ladder den Dorpe werde doorgegaan, maar word verplicht dezelve dadelijk aan te houden en zonder eenig verwijl daarvan kennisse te geven als in Articel 4 vermeld is.
Artic. 9. Dezelve zal ingeval van nood des gerequireerd werdende de ordinaire (d.i. gewone) Policie ten dienste wezen.
Artic. 10. Indien bewezen werd, dat de Klapwaker zich aan plichtverzuim heeft schuldig gemaakt door de NachtRonde niet behoorlijk te hebben gedaan of andere Zaken in deze instructie vervattende, zal hij voor de Eerste maal voor een Maand gesuspendeerd werden, en deze zijne functie door een ander ten zijnen kosten werden waargenomen, doch voor de Tweede maal zal hij door het Plaatselijk Bestuur van deszelfs Post als Klapwaker vervallen werden verklaard en een ander in deszelfs plaats werden aangesteld.
Artic. 11. Bij afwezigheid of ziekte zal hij gehouden zijn te zorgen, dat er iemand voor denzelven ten zijnen Koste zijne functie als Klapwaker waarneemt, waartoe hij een persoon, staande ter goede Naam en faam zal mogen voordragen, ter goed- of afkeuring om aan den Heer President van het Plaatselijk Bestuur of aan diegenen, welke deszelfs plaats vervangd, bij verzuim hiervan zal hij gestraft werden, ingevolge het voorgaande 10° Artic. en zal hiervan copie afgegeven worden aan den in den tijd fungeerende Klapwaker.
Aldus Gedaan en gearresteerd bij het Plaatselijk Bestuur van Lisse. Den 2e Februari 1815
In kennisse van mij L. van Arxhoek Secr




